Klimaat

Neerslag, zon en wind

Het Verenigd Koninkrijk kent door de invloed van de nabij gelegen warme golfstroom een gematigd zeeklimaat met koele zomers, zachte winters, overheersende westenwin­den en een relatief geringe dagelijkse temperatuurschommeling. Het weer is wisselvallig en er kan het hele jaar door neerslag vallen. De gemiddelde hoeveelheid jaarlijkse neerslag varieert van ruim 1600 mm tegen de bergen in het westen en noorden via 750 mm in midden en zuid Engeland tot rond 550 mm in zuidoost Engeland. In Noord-Ierland valt gemiddeld 1100 mm p.j. Normaal is de periode tussen april en juli het droogst en die tussen oktober en januari het natst. Vooral langs de westkust is het erg winderig en bij weerberichten wordt m.n in het winterhalfjaar vaak gewaarschuwd voor gales (buien met rukwinden en storm die zich overal kunnen voordoen). In het VK als geheel is het ook meestentijds bewolkt, want de zon is nog geen 30% van de tijd dat ze boven de horizon staat te zien. Het aantal zonuren is in Engeland in juli het grootst (193 u). In Schotland, Noord-Ierland en Wales is mei de zonnigste maand en december is in het hele VK het somberst (van noord naar zuid 20-50 zonuren). Vanwege de ligging blijft het in de hoogzomer in het uiterste noorden s’nachts schemerig bij helder weer (op de Shetland eilanden staat de zon dan 19 uur boven de horizon) en in de winter zijn de dagen hier erg kort (een erg lage zon die als hij al te zien is hooguit 5 uur boven de horizon staat).

Temperaturen

In januari varieert de ge­middelde etmaaltemperatuur in Engeland tussen 7 graden overdag en 2 graden s’nachts en in juli tus­sen 21 graden overdag en 12 graden tegen de ochtend. Het gebruikelijke temperatuur­verschil tussen Zuid Engeland en Schotland of Noord-Ierland bedraagt in de zomer een graad of 4 en in de winter minder. In de Schotse bergen is het uiteraard kouder en op de Kanaaleilanden is het wat zachter. Het aantal etmalen p/j dat de temperatuur op enig moment onder 0 komt (vorstdagen) loopt uiteen van ruim 100 in centraal Schotland tot 14 in Cornwall in zuidwest Engeland. Vooral langs de Schotse westkust en op de Schotse eilanden is het vaak kil en het kan hier behoorlijk spoken. In het winterhalfjaar komen er regelmatig orkanen voor, maar ook is het er dan dikwijls mistig. Aan de oostkant van het VK zijn door de overheersende westenwinden en doordat de meeste bergen in het westen liggen de invloeden van het zilte nat iets minder prominent aanwezig dan aan de westkant. Dat maakt de temperatuuruitersten wat groter en het verkleint de hoeveelheden neerslag en wind enigszins. De hoogste temperatuur ooit gemeten was 38,5 gr C in augustus 2003 in Kent in Zuidoost Engeland en de laagste -27 gr C in december 1995 en januari 1982 in centraal en oost Schotland.

Op de 150 Scilly eilanden ten zuidwesten van Cornwall (waarvan 5 bewoond) en op de Kanaalei­landen is het s’zomers vaker warm en zonnig. Op deze eilanden doet de vegetatie sub­tropisch aan en er worden veel bloemen gekweekt voor de export.

Klimaatverandering

Na 1985 is ook in het VK de gemiddelde temperatuur onmiskenbaar omhoog gegaan ten opzichte van de periode daarvoor; tot rond 2005 met ongeveer 1 graad. Vanaf het begin van de waarnemingen in 1772 vielen 4 van de 5 warmste jaren na 1990. In de 11 jaar tussen 1992 en 2003 lag de neerslaghoeveelheid over 7 jaar flink boven en over 4 jaar een weinig onder het gemiddelde van 1960 t/m 1990. Het Britse KNMI (zoekwoorden MET UK) heeft veel informatie over de klimaatsverandering wereldwijd.