Staatsvorm

De huidige grondwet van Italië dateert van 1948. Het tweekamerparlement bestaat uit een senaat (senate dello repubblica, 315 zetels) en een huis van afgevaardigden (ca­mera dei deputati: 630 zetels). Het merendeel van de leden van beide kamers wordt rechtstreeks ver­kozen en een minderheid krijgt een zetel via regionale evenredige verte­genwoordiging. Daarnaast kent de senaat een 9tal ereleden (vaak ex presidenten) die voor het leven zijn benoemd. De beide kamers worden op dezelfde dag gekozen en ver­kiezingen vinden plaats om de 5 jaar. Het staatshoofd, de president, staat in Italië boven de partijen en heeft vooral een ceremoniële functie. Hij heeft een ambtstermijn van 7 jaar en wordt gekozen door beide kamers, aangevuld met 58 regiovertegenwoordigers. De huidige president Napolitano begon zijn ambtstermijn in 2006. De belangrijkste politieke blokken in het huis van afgevaardigden zijn het rechtse Huis van de Vrijheden en de centrumlinkse olijfboomcoalitie. De premier wordt in Italië ook wel aangeduid als president van de ministerraad. De maximale zittings­duur van een regering is 5 jaar, maar het gebeurt vrijwel nooit dat een kabinet de rit uitzit. Vanwege de vele regeringswisselingen heeft men bij het aftreden van een premier verschil­lende opties ingebouwd zodat er niet steeds weer nieuwe verkiezingen hoeven te volgen.