Feestdagen en folklore

Inleiding

Via Bulgarian traditions en Bulgarian folklore is veel over dit onderwerp te achterhalen. Volkstradities leven in Bulgarije nog erg sterk, vooral op het platteland, en zijn vaak terug te voeren op voorchristelijke tijden. Vanwege de centrale ligging werd de regio een smeltkroes van culturen. Naast Thraciërs, Romeinen en Slavische volken lieten o.m. Kelten, Roma zigeuners, joden, Grieken en diverse Turkse volken (waaronder de Bulgaren zelf) sporen na. Ook de orthodoxe kerk drukte (en drukt nog) zijn stempel. Bulgarije is een belangrijke bronland van bijv. het kerkslavisch. Uiteraard heeft ook het naoorlogse communisme sporen achtergelaten (en andere uitgewist). Tradities die opgenomen zijn in het immateriële culturele erfgoed van Unesco zijn een 3tal polyfone zang en dansceremonies door vrouwen langs de westgrens met Servië en Macedonië door de Shopi die afstammen van de Turkse Petsjenegen (Bistritsa Babi) en het jaarlijkse Nestinarstvo vuurloop ritueel op 3 en 4 juni in het dorpje Bulgari in zuidoost Bulgarije. Dit kent een Thracische oorsprong, maar is nu opgedragen aan de heiligen Constantine en Helena. De Thraciërs en Slavische volken na hen kenden bijv. een regendans (Paparuda) en regenritueel (Caloian) die beide tot ver in de 20e eeuw nog werden gepraktiseerd (de regendans soms nog voor toeristen). Veel meer wijdverbreid en minstens even oud is het dragen van een versiering van roodwitte poppetjes op en na 1 maart (martenitsa), optochten vergezeld van veel herrie van mensen met griezelige dierenmaskers met Nieuwjaar en carnaval om de boze geesten te verjagen (kukeri) en het nuttigen van een heel lam (soms getooid met een krans van geraniums rond de kop) op 6 mei, de dag van ’s lands patroonheilige St. Joris. Onder de tradities viel heel lang volksmuziek en dans op dorpspleinen op (alle) zon en feestdagen. Tradities komen behalve in de vaak levendige volksdans, zang & muziek tot uiting in volkskunst/ ambacht als het schilderen van eieren rond Pasen, borduren & weven (bijv. klederdrachten) en het vervaardigen van iconen en fresco’s. Ze variëren verder met regio, seizoen en festiviteit (meer details bij “cultuur en engere zin”). Ambachten hebben voor veel Bulgaren ook een spirituele betekenis en elk ambacht heeft zijn heilige (Crafts). In Bulgarije is uiting van emoties toegestaan en dat is ook te merken bij persoonlijke hoogtijdagen.

Bijgeloof

Radio Bulgarije stelt in Popular dat het aantal vormen van bijgeloof in het land nauwelijks is bij te houden. Onder Folklore is veel hierover terug te vinden. Velen zijn overtuigd van het bestaan van een persoonlijk (nood)lot en van manieren om onheil te bezweren. Zo geloofde in 1999 slechts 9% dat een talisman niet werkt (NL 53%, BE 67%), 19% had er één (NL 12%, BE 15%, http://www.thearda.com/) en bijv. geloof in het boze oog is ook in Bulgarije niet onbekend. Er wordt vaak voorspellende waarde toegekend aan het begin van een dag, het begin van een jaar of de eerste die/ het eerste dat je tegenkomt. Veel bijgeloof is geconcentreerd rond eten (m.n. brood) en overlijden, maar ook rond bijv. bloemen. Het reserveren van een even aantal bloemen voor de doden is in Slavische landen algemeen goed, maar in Bulgarije vigeert bijv. ook het geloof in het heilzame effect van geraniums (vooral rode). Net als in de Baltische staten kent men wel een magische betekenis toe aan de drempel van buitendeuren. Men begroet gasten dan pas als ze over de drempel zijn en men reikt geen dingen aan met een drempel er tussen. Ook zijn veel Bulgaren doodsbang voor tocht en dat kan vooral op warme zomerdagen in snikhete ruimtes zonder airco lastig zijn voor de buitenlander die zo’n angst niet deelt. In Bulgarije zijn veel traditionele genezers en voorspellers (vrachari). De blinde, maar desondanks helderziende, genezeres Baba (oma) Vanga, die in 1997 overleed, was erg invloedrijk (Baba Vanga). Menig politicus vroeg haar om geruststelling. Veel tradities rond persoonlijke hoogtijdagen zijn gebaseerd op overgeleverde manieren die de traditionele gemeenschappen in ere hielden om allerlei onheil te voorkomen.

Persoongebonden hoogtijdagen

In de viering van persoonlijke hoogtijdagen spelen m.n. op het platteland overgeleverde gebruiken en familietradities een grote rol, maar ook in de stad is een doop, huwelijk of overlijden zonder kerkelijk ritueel in Bulgarije bijna ondenkbaar (de orthodoxe kerk staat huwelijken met anders gelovigen toe, mits ze gedoopt zijn). Op Traditions is info te vinden over gebruiken rond geboorte, huwelijk en overlijden. Een verjaardag wordt in Bulgarije soms een dag later gevierd omdat men gelooft dat Jezus op kerstavond werd geboren en dat Maria de geboorte pas op 1e kerstdag aankondigde. Naast de verjaardag viert men de naamdag (imen den), de dag die gewijd is aan de orthodoxe heilige naar wie men is vernoemd (thans verschijnen met regelmaat nieuwe naamdagen kalenders). Vanouds gaat de viering vergezeld van een gezamenlijk maal, is ze wat plechtiger dan die van een verjaardag en komen gasten ongenodigd. Nu neemt men vaker het heft in eigen hand door gasten thuis of in een horeca gelegenheid uit te nodigen (Name day). Bulgarian Folklore Calendar bevat een beschrijving van elke naamdag, aangepast aan het jaar. Rituelen rond de geboorte zijn erg belangrijk. Zo houdt men een speciale vroedvrouwendag in ere (8 januari, soms 21 januari). In A child is born staat een beschrijving van de traditionele gebruiken. Het eerste bad (vaak door een grootmoeder) was altijd al een belangrijk familieritueel. Daarbij werden objecten rond het hoofd van de boreling geplaatst voor bescherming en een gunstig lot. Ook nu dragen moeder en baby vaak een polsbandje van rode wol ter bescherming en omringt men het wiegje met voorwerpen, bijv. pen & papier om de schoolcarrière gunstig te beïnvloeden. De doop (Orthodox Baptism) volgt veelal de 1e of 2e zondag na de geboorte met een ceremoniële hoofdrol voor de peetouders. Ze zijn gekozen door de ouders die zelf de doopplechtigheid als toeschouwer bijwonen. Vaak wordt de baby naar een peetouder vernoemd (die speelt dan opnieuw een hoofdrol bij een later huwelijk). Het orthodoxe doopritueel kent meerdere stadia. Na de doop via 3 x onderdompeling in het doopvond wikkelt de peetouder de baby in een wit laken. Daarna volgt een zalving waarbij de priester 3 lokjes haar van het hoofd van de baby knipt in de vorm van een kruis. Vervolgens wordt de baby aangekleed, worden kaarsen ontstoken en lopen de betrokkenen 3 x rond het doopvond. Daarna krijgt de baby de eerste communie. Na afloop krijgen de aanwezigen een speciaal wit lintje met opschrift in de vorm van een kruis opgespeld (martirica) en ze krijgen van de peetouders of ouders een pakketje mee met 7 gesuikerde amandels dat zoet en bitter symboliseert (boubouniera). Dit gebeurt ook na een trouwdienst. Na de dienst wordt de doop elders gevierd met een maaltijd, gezelligheid, zang en dans.

Op Snelle weergave is een met veel foto’s geïllustreerd verslag te vinden over Bulgaarse huwelijkstradities (met daarna een verslagje van een orthodoxe doopplechtigheid). Om kans te maken stuurde een vrijer m.n. vroeger naaste familie en vrienden met sterke drank en cadeautjes naar de vader van zijn vlam om hem ertoe te verleiden mee te werken. Als dat lukte hoorde de vader zijn dochter 3 keer om toestemming te vragen voor een verloving en die moest ze alle 3 keer expliciet geven. De verloving werd op een zon of feestdag uitgebreid gevierd en kon, afhankelijk van lokale gewoonten, een dag tot meer dan een jaar duren (daar werd een vaste afspraak over gemaakt). Ook de bruiloft is in het weekend of op een feestdag. Op de donderdag voor de bruiloft zijn er thuis bij bruid en bruidegom aparte afscheidsrituelen. In het huis van de bruid kneedt haar moeder brood (pitka ritueel) en in het huis van de bruidegom strooien zijn vrienden gerst over hem heen en schieten ze geweren leeg om boze geesten te verjagen. Ook versieren ze een boomtak met een zakdoek en o.m. een appel in gouden folie als symbool van zon en vruchtbaarheid. De tak wordt vernoemd naar de getuige van de bruidegom. Net als in veel westerse landen is in Bulgarije de avond voor de trouwerij een vrijgezellenfeest gebruikelijk dat bruid en bruidegom uiteraard gescheiden vieren. Op de ochtend van de trouwdag wordt de bruidegom onder bijpassend gezang ritueel geschoren door zijn vrienden. De vriendinnen van de bruid doen haar haren onder bijpassende (klaag)zang in een vlecht. Thans is het betalen van een bruidschat aan de ouders van de bruid gereduceerd tot rituelen op de ochtend voor de trouwerij. Daaronder valt een symbolische ontvoering van de bruid door de getuige van de bruidegom met onderhandelingen over de prijs. De afloop wordt gevierd met een hora kringdans.

De officiële huwelijksbevestiging is vervolgens in het gemeentehuis. Na het tekenen probeert het bruidspaar op elkaars voet te gaan staan als uiting van de strijd om dominantie. Ook vertoont de bruid zich met een hoofddoek om het publiek te tonen dat ze getrouwd is. Na het burgerlijk huwelijk volgt de kerkelijke ceremonie. Deze kent geen wettelijke status. Men gaat in een lawaaierige optocht ter kerke waarbij het tegen komen van een andere bruiloftsstoet als slecht voorteken wordt gezien. Om onheil te voorkomen zetten bruid en bruidegom eerst hun rechtervoet over de drempel van de kerk. In Sacrament of Marriage staat een gedetailleerd verslag van de orthodoxe kerkelijke  huwelijksinzegening. Ze kent het uitwisselen van de ringen, het samen drinken van een beker wijn en de kroning van het bruidspaar als onderdelen. Ook hier vervullen kaarsen een belangrijke ceremoniële functie en ook deze ceremonie wordt afgesloten met 3 keer een rondgang rond het altaar. De ouders van het bruidspaar kussen de kroontjes en de priester zet ze af onder het bidden van de wens dat God ze in zijn koninkrijk ontvangt. De receptie na de kerkdienst is thans meestal in een restaurant en wordt druk bezocht (honderden bruiloftsgasten is heel gewoon). Het bruidspaar treedt de zaal binnen over een wit handgeweven kleed van de moeder van de bruidegom dat door haar bestrooid wordt met bloemen. De moeder van de bruid wacht hen vervolgens op met brood, honing en zout. Onder de vaste onderdelen valt een praatje van de getuigen en bruid en bruidegom die elkaar bruidstaart voeren. Ook gooit de bruid het bruidsboeket de zaal in naar ongetrouwde vriendinnen. Vervolgens wordt er “gorchivo” (bitter) geroepen door de bruiloftsgasten en drinkt het bruidspaar een glas champagne en kussen ze elkaar om het bitter zoet te maken. De bruidegom bijt van zijn kant de jarretel van de bruid door en gooit deze naar ongetrouwde mannen in het publiek. De vrouw die het bruidsboeket of de man die de jarretel opvangt zouden de volgende zijn die trouwen. Het feest gaat door tot in de kleine uurtjes. Er wordt van begin tot eind dusdanig wervelend gemusiceerd en doorgedanst (onder veel geschreeuw en gefluit) dat degenen die het niet gewend zijn de volgende dag vaak niet meer op hun benen kunnen staan. Ook wordt vaak uitgebreider en uitbundiger gegeten en gedronken dan in NL en BE.

In Funeral en Bulgarian Funeral Traditions staat veel info over visies en gebruiken rond overlijden. Er staan geen foto’s bij, want van fotograferen of filmen bij een begrafenis krijgen veel Bulgaren een slecht gevoel. A Bulgarian Way to Die bevat ook praktische info voor nabestaanden van buitenlanders die overlijden in het land. Het oergevoel dat de doden onder ons zijn en contact zoeken met de levenden is vooral op het Bulgaarse platteland nog altijd wijdverbreid. Men gelooft dat zielen dankbaarheid tonen als ze door de levenden zijn geholpen bij hun overgang naar het hiernamaals. Daarom zetten boeren bijv. de eerste opbrengst van de oogst wel apart op het land voor overledenen om goede toekomstige oogsten te garanderen. Geloof in ondoden of vampiers komt veel voor en er zijn heel wat rituelen bekend om dat te voorkomen. Steun voor de overledene bij de overgang is zo geaccepteerd dat het overal terug te vinden is in rituelen rond en na de begrafenis. Men gaat er vanuit dat de ziel de eerste 40 dagen na overlijden bekende plaatsen bezoekt. Daarom laten nabestaanden aan de eettafel een maal achter en men betrekt de overledene in tafelgesprekken of innerlijke dialogen. Ook staat er vaak een beker wijn met kaarsenhouder op het graf. Elke volgende bezoeker vervangt dan de wijn of steekt de kaars opnieuw aan. Op de 40e dag wordt de rouw en overgangsperiode afgesloten met een herdenkingsdienst, maar ook daarna wordt de overledene ceremonieel herdacht; bijv. op Allerzielen. De Bulgaarse heiligen kalender kent echter veel meer dagen waarop dat gebeurt. Ook schuift men met het maal op kerstavond met zijn allen een plaats op en laat men een lege stoel met een gezamenlijk gevuld bord achter voor overleden familieleden. Op het platteland lopen weduwvrouwen  in het zwart en met een zwarte hoofddoek en ze dragen geen sieraden. Crematie kan in Bulgarije, maar de orthodoxe kerk is er op tegen en verzorgt dan geen uitvaartdienst.

Vroeger was de eigenlijke begrafenis al na een dag en thans vaak na 2 tot 4 dagen. De overledene wordt eerst gewassen in water met basilicum, gebalsemd en gekleed, mannen in het wit en vrouwen in hun trouwjurk. Vaak stopt men bij een overleden man wat geld in een zak. Bij een begrafenis optocht loopt de naaste familie naast de lijkwagen met bloemen en een kruisdrager voorop. De achterdeur van de lijkwagen is open zodat de kist te zien is. Daarna volgt de rest van de rouwstoet, vaak gearmd en vergezeld van treurmuziek uit trommels, hoorns en cimbalen en m.n. op het platteland klaagzang door oudere vrouwen. Bij de begrafenisdienst is de kist open om nabestaanden gelegenheid tot afscheid te geven. Men kust de overledene (bijv. op het voorhoofd) of het kruis op de kist. Voordat men naar het graf gaat wordt de kist gesloten. Eenmaal bij het graf volgt een ritueel waarbij de priester uit het evangelie voorleest en met zand een kruis op de kist maakt. Ook gooit men er wel sterke drank, graan, munten of een handvol aarde op. Na afloop van de begrafenis haast de naaste familie zich naar een open voertuig vol etenswaar om die uit te delen aan de rest van de stoet. Terwijl men ervan eet bidt men om vergeving van de zonden van de overledene.

Vrije en speciale dagen en hun aanleiding

Via Public holidays in Bulgaria en 10.3 is info en beeldmateriaal te vinden over deze dagen. Het land kent 13 werkvrije officiële feestdagen (excl. Paaszondag). Als zo’n dag in het weekend valt wordt maandag of vrijdag een vrije dag. Verder zijn er een aantal andere nationale en speciale dagen die niet werkvrij zijn. In vieringen zitten vaak voorchristelijke elementen en traditionele dagen kennen vaak een voorchristelijke oorsprong gekoppeld aan het seizoen. Kerst en Pasen vormen jaarlijks de hoogtepunten. Onder het communisme werden religie en niet erkend nationalisme onderdrukt, maar na 1989 heeft men de oude draad weer opgepakt. De 1e officiële feestdag is Nieuwjaar. Verder vallen als christelijke feestdagen Goede Vrijdag, de zondag en maandag van Pasen, de dag van kerstavond en 1e en 2e kerstdag er onder. Bulgaren vieren orthodox Pasen. Dat valt meestal 1 of 2 weken na de niet orthodoxe equivalent en incidenteel op dezelfde dagen of meer dan een maand later (Easter onder date, eastern). Dit impliceert dat Pinkster (50 dagen na Pasen) navenant opschuift. Roomsen/ protestanten mogen de niet orthodoxe equivalent aanhouden als werkvrije feestdag en voor het Islamitische (veelal Turkse) volksdeel zijn de grote Islamitische feestdagen werkvrij. De overige werkvrije feestdagen zijn 3 maart (bevrijding van de Ottomaanse overheersing), 1 mei (dag van de arbeid), 6 mei (St. Joris dag en legerdag), 24 mei (Onderwijs, cultuur en Slavische literatuurdag), 6 september (eenheidsdag, vereniging van Bulgarije met Oost-Roemelië in 1885, sindsdien het zuiden van Bulgarije), 22 sept. (onafhankelijkheidsdag, onafhankelijk van het Ottomaanse rijk in 1908), 1 november (alleen een schoolvrije dag, als dag van de nationale leiders en Allerzielen). Onder de speciale dagen vallen 8 of 21 januari (moederzorgdag, vroedvrouwendag; in de praktijk opgedragen aan oma’s), 1 maart (Baba Marta dag, een soort lentefeest), vrouwendag (8 maart, in Bulgarije tevens Moederdag), 7 mei (radio en TV dag), 17 juni (Vaderdag) en sinterklaas (6 december).

Late herfst en winterfeesten

In Bulgarian Folklore Calendar staat info over alle Bulgaarse heiligendagen. Ook op Holidays is veel te vinden en 11.05 biedt beeldmateriaal met info. De belangrijkste dagen komen hierna aan bod. In 1992 is 1 november als dag van nationale leiders in ere hersteld. De  kinderen zijn vrij van school, maar verder wordt hier weinig aandacht aan besteed. Als Allerzielen leeft de dag meer, m.n. op het platteland. Er zijn kerkdiensten waarin wierook wordt gebrand en graven worden veelvuldig bezocht. Het orthodoxe advent duurt 7 weken en begint op 14 november. Volgens de kerk moet men dan tot kerst veelal streng vegetarisch eten en Bulgaren houden zich daar naar verhouding redelijk aan. Men eet op speciale dagen vaak vis, kip, eieren en kaas in plaats van vlees. Vroeger was 14/11 de enige dag waarop een vrouw een dier slachtte. Dat was een zwarte haan die door de oudste vrouw uit de familie op rituele wijze panklaar werd gemaakt om de boze geest Martinyak te bezweren. In Bulgarije geldt 6 december als naamdag van St. Nicolaas (Nikulden). Volgens een Bulgaarse legende zou deze heilige van schepelingen een schip van de ondergang hebben gered door een lek in de bodem te stoppen met een levende karper. Daarom eet men op deze dag gepaneerde karper (ribnik) met ritueel brood en groenten. Men laat de tafel de hele avond gedekt staan voor eventuele gasten. Ook zijn er speciale kerkdiensten, concerten, visfeesten en vuurwerk.

In Bulgarije geldt 24 december als werkvrije dag en de kerstviering duurt in feite 4 dagen t/m 27 december. Ze zit vol verwijzingen naar de voorchristelijke viering van het lengen van de dagen. Zo heet 1e kerstdag in Bulgarije informeel koleda naar het woord voor midwinterfeest van de voorchristelijke Slaven. Kerstmarkten, mannen, bomen en kaarten vallen onder de gebruikelijke items (4.5.1). Meer eigen is dat men ter versiering van het huis veel buxus gebruikt. De dag van kerstavond vormt een hoogtepunt. Deze staat traditioneel voor vrouwen in het teken van voedselbereiding en het maal op kerstavond. Dat geldt als climax van de vastentijd, is vegetarisch, gaat vergezeld van wijn en raki (Bulgaarse borrel) en bestaat uit een oneven aantal gangen met o.m. sarma (gevulde kool/ druivenblad), bonensoep, gevulde paprika, noten en (regionaal) pitabrood waarin een munt is verstopt (banitza). Het brood wordt verdeeld over de aanwezigen en degene die de munt treft wordt beschouwd als de geluksvogel voor het komende jaar. Voor mannen staat dit etmaal in het teken van het bereiden van het open haardvuur (Bulgarian budnik). Het laatste is met veel ritueel omgeven en de Bulgaarse naam voor kerstavond is er van afgeleid. De voor het brandhout bestemde boom (meestal een eik of peer) wordt op de ochtend van 24 december gekapt. Het houtblok wordt aan één kant opgevuld met een geurig mengsel van olie, wierook en wijn en moet op de rechter schouder naar huis worden gedragen zonder de grond te raken. Het vuur staat voor de toenemende macht van de zon en het blok moet van kerstavond t/m de volgende ochtend blijven branden. Na het aansteken bidt de hele familie voor de open haard voor geluk en welvaart in het komende jaar en na het kerstmaal houdt men zich onledig met voorspelactiviteiten (o.m. rond het weer, de oogst en relaties). De as wordt na afloop over het land verspreid. Rond middernacht komen op kerstavond kerstzangers (koledari) langs de deuren. Dit zijn vrijgezelle jonge mannen, vergezeld van een oudere getrouwde leermeester (staninik), die in paren met een vaste rolverdeling aan beurtzang doen. Thans ziet men in steden ook wel overdag koledari optreden in klederdracht.

Op 1e kerstdag gaat men naar de kerk. Daarna worden op pleinen door een staninik wel bij opbod broodjes verkocht die door meisjes zijn gebakken (vaak koopt een kerstzanger ze die een oogje op het betreffende meisje heeft). Met kerst mag weer vlees worden gegeten. Op eerste kerstdag viert men dat met een uitgebreid maal met varkensvlees (het varken geldt in de regio wel als vruchtbaarheidsymbool) of kalkoen en daarna opnieuw voorspel spelletjes. Sooroovachka is een regionaal kerstritueel dat kinderen erg leuk vinden. Ze geven dan met een speciaal versierd stokje van kornoelje familieleden een tikje op de rug onder het wensen van geluk en voorspoed in ruil voor muntjes.

In Bulgarije wenst men elkaar met kerst Čestita Koleda of Vesela Koleda en met oud en nieuw Štastliva/ Čestita Nova Godina.

Net als elders is kerst een familietijd en oud en nieuw (Nova Godina) meer een feest met vrienden. Op oudejaarsavond gaan velen de deur uit, maar besloten feesten thuis komen ook voor. De kust is erg populair en bijna alle horeca gelegenheden zijn overvol. Er worden sport en cultuurevenementen georganiseerd en er zijn carnavaleske optochten waarbij men bijv. lekkers uitdeelt aan kinderen. Net als elders viert men de jaarwisseling met vuurwerk, gelukswensen en champagne. Onder de specialiteiten vallen vleesschotels en (kaas)gebak, vaak met papiertjes met gelukswensen waarvan iedereen er één moet trekken (New Year in Bulgaria). Op het platteland gaan lokaal groepjes zangers langs deuren om gelukwensen over te brengen, net als op kerstavond. Op de ochtend van Nieuwjaar doen kinderen met survachka stokjes hetzelfde, nu in ruil voor snoepgoed en tijdens de (na)middag wordt dit herhaald door groepjes jonge mannen met maskers (sourvakari) of vermomd in een djamalo, een soort cape of laken, die er natuurlijk ook iets voor terug krijgen (6.83). In Bulgarije is 1 januari gewijd aan de kerkvader Basilius de Grote. Daarmee is het de naamdag van iedereen die Vasil o.i.d. heet. Op 2 januari (mukovden) is het St. Sylvester. Vanouds is dit een dag waarop jonge mannen ’s avonds de stal gaan schoonmaken van de boerderij van de familie van een meisje waar ze een oogje op hebben. Haar vader moet een zak met eten klaar hangen en de traditie schrijft voor dat hij afgestraft wordt als hij dat niet doet (zie January voor de details). Vooral op het platteland wordt vroedvrouwendag (babinden, grootmoederdag) in ere gehouden, meestal op 8 januari. Bij dit oeroude vrouwenfestijn bezoekt de vroedvrouw ‘s ochtends de baby’s die ze dat jaar ter wereld heeft geholpen en wordt ze ’s avonds in de watten gelegd door de moeders. De viering wordt, zoals vaak in Bulgarije, afgesloten met een hora kringdans (vroeger met een ritueel bad van de vroedvrouw).

Tussen 25 december en eind januari zijn er verspreid over Bulgarije indrukwekkende lawaaierige optochten van mannen in beestenpakken of klederdracht met prachtige griezelige maskers (vaak puntvormig of een bokkenmasker) en met bellen omhangen (6.73). Dit is een oeroud Slavisch gebruik.

Lentevieringen

Het voor velen herkenbare verlangen naar lente tijdens de nawinter vindt in Bulgarije een uitlaatklep in de vele tradities. De orthodoxe vastentijd voor Pasen duurt 7 weken (die van de kerst 40 dagen) en begint meestal in februari. Tijdens deze vasten eet men geen vlees en zuivel, is er geen traditionele dans en wordt er niet getrouwd. De eerste 3 dagen ervan wordt door sommigen helemaal niets gegeten en gedronken (trimiro; de orthodoxie schrijft voor dat men dit minmaal 3 keer in een mensenleven doet). Ter afsluiting eet men dan op woensdagochtend na een kerkbezoek een ritueel vegetarisch maal. De eerste zondag van de vastentijd (Sirni Zagovesni) wordt vanouds gevierd met grote vuren op een hoog punt bij een sfeer die in het teken staat van vergeving vragen (van jongeren aan ouderen) en bevorderen van de saamhorigheid. Op sommige plaatsen schoten jongens brandende pijlen af op erven voor iemand die daar woonde (meestal een meisje die ze speciaal vonden). Nu zijn dat raketten of vuurpijlen. Na landing worden ze door de meisjes verzameld. Ook springen mannen over het vuur. De overlevering wil dat wie het verst springt het eerst zal trouwen. In week 1 van de vastentijd, vooral op de maandag (kukerovden: mombakkesdag) hing men in vergane tijden honden op om hondsdolheid te bezweren. Nu zijn er opnieuw optochten van gemaskerde mannen (zie het kadertje hierboven). Soms gaan ze de huizen langs in ruil voor cadeautjes om daarna symbolisch het dorpsplein te ploegen en zaaien en het kwaad te verdrijven.

Eén van de populairste Bulgaarse tradities is het geven van een martenitza aan mensen met wie men zich speciaal verbonden voelt op 1 maart, Baba Marta (oma Marta) dag (7.36). Dat sieraadje van rood en wit garen, vaak in de vorm van een poppetje, wordt een paar dagen lang als amulet gedragen. Daarbij staat het wit voor smeltende sneeuw en het rood voor de ondergaande zon in de tijd van lengende dagen. Wanneer de drager een lentebode opvalt als een bloeiende fruitboom, veulentje of eerste zwaluw doet deze de martinitza af, hangt hem bijv. in de fruitboom of om de nek van het jonge dier en doet een wens. Ook legt men hem wel onder een steen. Dan wordt als men weer onder de steen kijkt aan het kruipend gedierte voorspellende waarde toegekend. Sinds 1990 is 3 maart (Bevrijdingsdag, bevrijding van de Ottomanen in 1878) een officiële feestdag. Naast officiële plechtigheden zijn er parades en cultuur evenementen. VN vrouwendag op 8 maart is in Bulgarije een erfenis uit de communistische tijd die men er in hield. Ook nu nog krijgen veel vrouwen cadeautjes op hun werk.

In Bulgarije wordt 1 april vooral in ere gehouden in de noordoostelijke stad Gabrova die bekend staat als het Bulgaarse centrum van lolbroeken. Veel voorjaarstradities uit de voorchristelijke natuurreligie zijn door de orthodoxe kerk ingekapseld en geconcentreerd geraakt in de week voor Pasen (de heilige week) en met Pasen zelf (orthodox Pasen valt bijna altijd tussen 10 april en 10 mei). De heilige week geldt als hoogtepunt van het kerkelijk jaar. Er zijn elke dag kerkdiensten. In deze week bakt men gebak en broodjes in de vorm van lammetjes, konijnen of bloemen en Paasbrood met rozijnen (kozinak). Ook geeft men vrienden en familie wel brood en eieren cadeau. Degene die het bij Turkse vrienden brengt krijgt wat geld. De zondag voor Pasen (Tzvetnitza, palmzondag of St. Lazarus) is de orthodoxe variant op Palmpasen. Priesters zegenen groene kransen, bossen bloemen of wilgenkatjes en water met basilicum en de parochianen nemen dat mee naar huis (het wijwater wordt in de heilige week opgedronken). Het is de naamdag van degenen met een bloemennaam. In Bulgarije is het ook een lentefeest van zingende en dansende vrijgezelle meisjes (Lazaruvane: 4.48). De traditionele activiteiten voor witte donderdag (of stille zaterdag) is het decoratief beschilderen van eieren. Het is tot een ware kunst verheven. Vanouds worden de eerste 2 rood geschilderd en er worden helende eigenschapen aan toegedicht. Het eerste ei werd een jaar lang bij een huisicoon gelegd om daarna begraven te worden in de eerste geploegde voor. Met het 2e werden de gezichten van de kinderen ingewreven en het werd daarna verstopt. Thans is de kunst sterk vercommercialiseerd. Vroeger was werken op Goede vrijdag taboe omdat men dacht dat het afgestraft werd met hagelbuien die gewas en bloesem vernielen. Ook nu is het in Bulgarije een werkvrije dag. Men bakt Paasbrood, bijv. met brandnetel of wilde geranium. Bij de kerkdienst wordt een tafel geïnstalleerd met daarop een doodskist van Christus. Gelovigen kruipen er onderdoor en hopen zo op een gezond en voorspoedig jaar. Stille zaterdag geldt als dag waarop men graven bezoekt en als vastendag.

Om 23 uur gaat men op zijn Paasbest gekleed met beschilderde eieren ter kerke voor de Paasnachtdienst. Om klokslag 12 wordt Pasen ingeluid. Men wenst elkaar “Hristos vozkrese!” (de Heer is opgestaan, het betekent ook “gelukkig Pasen”) en de wens wordt beantwoord met “Voistina vozkrese!” (hij is waarlijk opgestaan). Tijdens de dienst was voor iedereen een kaars ontstoken waarmee de gemeente nu onder aanvoering van de priester 3 keer rond de kerk loopt. Men vertrouwt er op dat bij een goed christen de kaars niet uit waait. Na afloop breekt men een ei tegen de muur van de kerk als eerste voedsel na de vastentijd en parochianen bekogelen elkaar wel met eieren (choykane s yaitsa: eieren gevecht). Eieren die heel blijven worden borak (strijder, winnaar) genoemd, als geluksbrenger gezien en bewaard tot de volgende Pasen. Ook Paasbrood (kozunak), lamsvlees, palachinki (pannenkoeken), baklava en sla met komkommersalade zijn vaak onderdeel van een traditioneel Paasmaal. Getrouwde stellen die uit eten gaan bij hun getuige valt ook onder Bulgaarse Paastradities.

In Bulgarije is 1 mei als dag van de arbeid nog steeds een vrije dag, maar er worden van overheidswege geen manifestaties meer georganiseerd (wel door politieke partijen, waaronder concerten voor partijleden). Velen maken er een lentefeest van, bijv. met een picknick of barbecue. St. Joris was patroonheilige van herders en daarom gold 6 mei oorspronkelijk als herdersfeest. De dag stond in het teken van het fokken van geiten en schapen en van de eerste melk. Op het platteland slacht men vaak een lam en onder de traditie valt het eten van lamsvlees en van speciale broden. De vieringen zitten ook vol vruchtbaarheid symbolen en in menig dorp wordt de hora kringdans gedanst. M.n. voor het moslimdeel van de bevolking is het een belangrijk lentefeest met o.m. dauwtrappen/ rollen als onderdeel vanuit het geloof dat ochtenddauw of regen van deze dag helend werkt. Daarom valt verse kruiden plukken tevens onder de overgeleverde tradities. De dag wordt in het zuidelijk gelegen Bulgarije wel beschouwd als begin van de zomer. Als officiële vrije dag is het echter de dag van het Bulgaarse leger. Daarom is er in Sofia een militaire parade. Vanouds is 21 mei (St. Constantina & Helena) de dag waarop in de Strandja bergregio vuurdansers (nestinari) actief zijn. De traditie is erkend immaterieel Unesco erfgoed (4.7). Op 24 mei is het als dag van de Bulgaarse cultuur & literatuur en het cyrillisch alfabet een officiële vrije dag en een dag met gepaste speciale aandacht op scholen. O.m. Cyrillus en Methodius (Saints) worden als patroonheiligen van de nationale bibliotheek en scheppers van het alfabet in het zonnetje gezet. In Bulgarije staan ook Hemelvaart & Pinksteren (May) sterk in het teken van de overledenen.

Zomer en herfst

In juni kent Kazanlak, de regio waar de beroemde Bulgaarse rozenolie vandaan komt, een jaarlijks rozenfestival (Festivals). De week na Pinkster, die veelal in juni valt, staat in de westelijke en zuidelijke bergregio bekend als midzomerweek (roussalska nedelia: Holidays). Men versiert de huizen met alsem en groepjes mannen in oneven aantallen, roussaliy of kalushari genaamd, verspreiden gezondheid en vruchtbaarheid op basis van overgeleverde kruidengeneeskunde. M.n. in de Rousse regio in noord Bulgarije wordt op 24 juni (Eniovden, St. Jan; de naam dag voor Yanko of Yanka in het Bulgaars) een Midzomer viering in ere gehouden. Men is hier en daar met douw, kruiden en traditionele muziek instrumenten in de weer en er wordt ook wel over vuren gesprongen. In augustus zijn er een aantal grote folkloristische festivals (Zavet). Op 15 augustus (Golyama Bogoroditsa in het Bulgaars) is in de orthodoxie het overlijden van Maria het thema. Er zijn kerkdiensten waar vruchten des velds worden gezegend en uitgedeeld, men komt massaal bijeen bij enkele kloosters en er zijn hier en daar processies. Op het traditionele menu staat lamsvlees. Op 6 september 1885 kreeg Bulgarije er in het zuiden een gebied bijna net zo groot als Nederland bij. Plovdiv vormt het centrum van de viering van deze eenwordingsdag (een nationale feestdag en dus een werkvrije dag), maar ook in andere grote steden zijn festiviteiten als een mis, kransleggingen, concerten, open podia, vuurwerk en militaire parades. In Plovdiv wordt ook de ondertekening van het verdrag nagespeeld. Voor onafhankelijkheidsdag op 22 september vormt de volledige onafhankelijkheid van het Ottomaanse rijk in 1908 de aanleiding. Ook dit is een werkvrije dag en de festiviteiten zijn vergelijkbaar met die op eenwordingsdag. Rond half oktober zijn er op diverse plaatsen oogstfeesten (Festivals). Dimitrovden (26 oktober) is de 2 na meest voorkomende naamdag. Het geven van witte bloemen ontstond vanuit de gedachte dat de winter dan minder streng zou worden. Da dag heet ook razpust (ontslag dag) omdat op deze dag de landarbeiders werden ontslagen. Ze wordt gezien als begin van de winter. Op het platteland zijn boerenmarken waar o.m. de hora wordt gedanst.

Een moderne traditie die opkwam rond de 70er jaren is dat men kort voor 1 juli naar de Zwarte Zeekust trekt om op de ochtend van 1 juli de zonsopkomst te aanschouwen en er tijdens het wachten een gezellige boel van te maken. Vanwege het informele karakter heeft de commercie er nooit grip op kunnen krijgen (July Morning).

Traditionele Festivals en ambachten

Beide items zijn in Bulgarije nog springlevend. Bij ambachtelijke kunst (28.18) zijn geometrische vormen, bloempatronen en regiovariatie kenmerken. Borduren van klederdrachten (13.32), weven van o.m. kleden en tapijten (met veel rood: 14.95), leerbewerking, beschilderd aardewerk, houtsnijwerk (gebruiksvoorwerpen, muziek instrumenten) en smeden (keukengerij uit koper, sieraden uit edelmetaal, messen etc.) vallen er onder. Onder Zavet zijn een aantal grote folkloristische festivals te vinden.

Mythes, iconen en mentaliteit

Het artikel Background to Bulgarian Myth & Folklore biedt inzichten rond dit onderwerp. Mythes, iconen en mentaliteit zijn ontstaan uit een vermenging van de voorchristelijke natuurreligies en culturen van de Thraciërs (een volk van paarden en krijgers), Slaven (een vrijheidslievend landbouwvolk zonder vaste hiërarchie) en proto-Bulgaren, het nomadische paardenvolk waar de Bulgaren hun naam aan ontlenen. Hat zal dan ook geen verbazing wekken dat paarden en ruiters een hoofdrol vervullen bij Bulgaarse mythen en helden. De orthodoxe kerk die later de toon aangaf nam veel over uit deze mengcultuur. Ook 500 jaar Ottomaanse overheersing liet zijn sporen na. De Griekse mythen en culten rond Dionysus en Orpheus stammen van de Thraciërs. Daarbij vertegenwoordigt Dionysus een wellustige en orgastische kant die in het hier en nu leeft en Orpheus een gevoelige en meer ascetische kant die gericht is op onsterfelijkheid. Beide kanten zijn in de Bulgaarse cultuur en mentaliteit terug te vinden. Onder hun erfenis valt ook het Baba Marta ritueel op en kort na 1 maart dat een band schept tussen mensen onderling en de omringende natuur en het vuurdansen. In de Bulgaarse folklore wordt vuur geacht boze geesten en ziekten uit te bannen. Slavische accenten zijn (behalve de taal) de gerichtheid op het seizoensritme en de band tussen leven en dood. Onder deze erfenis vallen bijv. voorspelrituelen, ondoden (vampiers), groepjes mannen die langs deuren gaan om te zingen of genezen en de zmey, een draak die het dorp bewaakt (elk dorp heeft zijn eigen zmey). In de religie van de proto-Bulgaren vervulden seizoensritme en dierenwereld een hoofdrol. Ze kenden een natuurreligie met een verering van zon, maan en de 5 zichtbare planeten en sjamanen. Vanuit de Ottomaanse tijd hebben de Bulgaren de humoristische en wijze joker Nastraddin Hodja  in hun cultuur opgenomen. De figuur komt terug in de eigen boerenbedrieger Hitur (sluwe) Peter.

Qua humor (Bulgarian) kent Bulgarije als quasi onnozele hals de figuur van Bay Ganyo die zich in meerdere Europese steden laat zien; met boerenbedrog, manipulatie en volharding grenzen doorbreekt en het uiteindelijk in eigen land als centrum van een groep geestverwanten ver brengt. In veel Bulgaarse moppen is de midden in Bulgarije gelegen stad Gabrovo plaats van actie en onderwerp. Bij de TV verkiezing van de grootste Bulgaar aller tijden,die in 2006 en 2007 werd gehouden (Velikite Balgari), kwam de leider van de nationalistische beweging tegen de Ottomaanse overheersing en nationale held Vasil Levski (1837-1873) als overwinnaar uit de bus. De spirituele leider uit die tijd Peter Deunov kwam op plek 2. Onder de top10 vielen verder 3 vorsten en de heilige verklaarde missionarissen Cyrillus en Methodius uit de vroege middeleeuwen, de 18e eeuwse heilige en voorloper van de nationalistische beweging St. Paisius van Hillender en uit de 19e eeuw dichter Hristo Botev, schrijver Ivan Vasov en premier Stefan Stambolov. Het helderziende medium blinde Baba Vanga (1911-1996) werd 13e, vlak voor partijleider Todor Zhivkov, het icoon van het Bulgaarse communisme.