Feestdagen en folklore

Feestdagen

O.m. via http://en.wikipedia.org/wiki/Culture_of_Ireland is veel info te vinden over vieringen en tradities. Ierland kent een rijke vertelcultuur vol mythen en legendes met een mengsel van Keltische en roomse invloeden. Veel traditionele vieringen zijn via de Keltische kalender en de roomse heiligenkalender gekoppeld aan het seizoensritme. De 9 officiële feest en herdenkingsdagen staan qua werk en openbaar vervoer gelijk aan zondagen. Het betreft Nieuwjaar, 17 maart (de nationale feestdag St. Patrick, officieel sinds 1903), Paasmaandag, de 1e maandag van mei (meidag, sinds 1994), juni (tot 1973 pinkstermaandag) en augustus (sinds 1871), de laatste maandag van oktober (sinds 1977) en 1e en 2e kerstdag. Op Paasmaandag wordt ook de Paasopstand van 1916 tegen de Britten herdacht. Tweede kerstdag, de naamdag van de heilige Stefanus, wordt gevierd als St. Stephans day of day of the wren (winterkoninkjesdag). Goede vrijdag is geen officiële feestag, maar dan zijn wel de scholen en de meeste bedrijven dicht.

Op http://www.clannada.org/culture.php valt veel te lezen over Keltische rituelen en gebruiken. Een aantal traditionele Ierse feestdagen stammen van Keltische vieringen die een week duurden en later werden overgoten met een christelijk sausje. Ze waren gebaseerd op de Keltische kalender. Deze kende zonsondergang als begin van het etmaal en het begin van de winter als begin van het jaar. Het lente en herfstpunt en de zomer en winter zonnewende vormden het midden van een seizoen. Zo beslaat bijv. de Keltische lente de maanden februari, maart en april en was St. Patrick op 17 maart oorspronkelijk de Keltische viering van het midden van de lente. De belangrijkste markeringspunten zijn echter het begin van de seizoenen. Deze vallen op de vooravond van 1 november (Keltische naam Samhain), 1 februari (Imbolc), 1 mei (Beltain) en 1 augustus (Lugnasa). Alleen de New-Age stroming van de neopaganisten (letterlijk nieuwe heidenen) houdt, soms tot ongenoegen van de roomse kerk, alle 4 de vieringen in ere als religieus seizoensfeest. Deze kent echter een beperkte aanhang. Onder de rest van de Ieren krijgt samhain de meeste aandacht. Samhain was bij de Kelten de viering van oud en nieuw aan het eind van de oogsttijd en het begin van de winter. De kerk koppelde 1 november aan Allerheiligen. Men viert thans op de avond van 31 oktober Halloween. Deze invulling op popniveau van de Keltische traditie door Ierse en Schotse immigranten in m.n. de VS sloeg aan in hun land van oorsprong. Imbolc of St. Bridget was het begin van de Keltische lente en geldt in de roomse kalender als laatste dag van Maria lichtmis. Beltain verwijst naar de god van leven en dood Bel of Belenos. Het was als lente en lichtfeest de tegenhanger van Samhain. Lugnasa (1 augustus) verwijst naar de Keltische oogstgod Lugh. Als 1e maandag van de betreffende maand zijn deze dagen nog terug te vinden in de officiële feestdagen kalender zodat de doorsnee Ier uit de republiek er in ieder geval een vrije dag aan over houdt.

Winterfeesten

De Ierse Allerheiligenviering op 1 november (Halloween) is terug te voe­ren op het voorchristelijke Samhain dat intrad na de zonsondergang van 31 oktober en enkele dagen duurde. Tijdens deze overgang van zomer naar winterhalfjaar met haar lengende nachten, afstervend groen, vogeltrek en herfststormen werd het menig Kelt bang te moede omdat deze de grens tussen het dodenrijk en het land der levenden voelde vervagen. Daarom ging men gemaskerd en ver­kleed als boze geest de deur uit en verbrandde men botten van geslachte dieren om boze geesten te vriend te houden of te misleiden. Ook griezelig gemaskerde lampions uit uitgeholde koolrapen (sinds de 19e eeuw bekend als Jack-o’-lantern) zijn al lang in gebruik. In noord Amerika werden ze uit pompoenen gemaakt en dat waaide over. Ook nu gaan nog veel verklede kinde­ren de deuren langs met zo’n lampion om snoepgoed te verzamelen. In het graafschap Kerry heet Halloween wel snap appel night omdat kinderen in appels proberen te happen die op water drijven. In pubs verkleedt men zich en maakt men zich op als zombie, Dracula of griezel en er wordt doomrock en enge muziek ten gehore gebracht. Op veel plaatsen in Ierland worden vuren ontstoken en op TV vlakkeren ter vervanging horrorfilms.  

De kerst wordt in Ierland gevierd met kerkgang, familie-etentjes, cadeaus en feesten. De Ieren geven rond kerst erg veel geld uit (in 2006 wel €4000 p/p) en de gekte begint al rond Halloween. De mensen versieren hun huis met hulst, klimop en kaarsen en velen hangen een krans aan de voordeur. “Het aansteken van de kaars” behoort ook tot de Ierse kerstrituelen. Het gezin zet een kaars in het raamkozijn om Maria, Jozef en Jezus te verwelkomen en het jongste kind mag hem aansteken. Men gaat naar de mis op kerstavond of op de ochtend van 1e kerstdag. Na de kerkdienst is het pakjestijd voor de kinderen. In Ierland heet 2e kerstdag St. Stephensday of wren day (winterkoninkjesdag). Volgens de overlevering werd de heilige Stephanus verraden door een winterkoninkje nadat hij zich in de bosjes had verscholen voor zijn achtervol­gers. Van daaruit bestaat m.n. in het zuiden van Ierland nog de traditie dat verklede jon­getjes de deuren langs gaan met een opgezet winterkoninkje om geld te vragen om “het winterkoninkje te begraven” (hunting the wren). Thans zijn er op veel plaatsen optochten vergezeld van muziek waarbij men zich hult in maskers, lompen of stro (wrenboys parades of mummers parades) en waarbij soms via pantomime parodieën worden opgevoerd (mumming). Hier en daar neemt men een frisse duik in zee zoals in Nederland met Nieuwjaar wel gebeurt. De viering van oud en nieuw is uitbundig, maar kent weinig eigenaardigheden of het zou moeten zijn dat velen vlak van te voren hun huis schoon maken om met een goed gevoel het nieuwe jaar in te gaan (het feest viert men vaak buitenshuis). Op 6 januari wordt Driekoningen “kleine kerst” of “vrouwenkerst” gevierd. Men bakt dan speci­ale koekjes en cakes en er worden 12 kaarsen ontstoken ter ere van de 12 apostelen. Ook gaan als de 3 koningen verklede kinderen wel bij de deuren langs.

Voorjaar en zomer

St. Bridget’s day of Brigid’s day, thans volgens de roomse kerk een feest ter ere van ’s lands 2e patroonheilige op 1 februari, was oorspronkelijk als imbolc de viering van de luikende lente die zich aankondigt met het merkbare langen van de dagen en met de eerste ooien die melk geven aan hun lammetjes. Nu is er een kerk­feest en kinderen hebben vrij van school. Traditioneel maken die een Keltisch kruis van russen dat ze binnenshuis ophangen omdat het geluk brengt (een overgeleverd Keltisch gebruik). Ook wordt er wel een haverbrood gebakken. Vroeger werd dit in de vensterbank gezet teneinde de langskomende St. Bridget gunstig te stemmen. Nu eten de kinderen het vaak op. St. Patrick op 17 maart (kort voor de lente-evening) is de belangrijkste Ierse feestdag geworden. De dag wordt door Ieren overal ter wereld gevierd ter nagedachtenis van hun patroonheilige St. Patrick. ‘s Ochtends is er een kerkdienst en daarna zijn er optochten met verkleedpartijen en drumbands. Hoewel de kleur van de heilige oorspronkelijk blauw was, domineert sinds de 17e eeuw groen als zodanig. Bij sommige vieringen is de kleur bijna oogverblindend aanwezig. M.n. sinds de opstand tegen de Britten van 1798 geldt een groene shamrock (klavertje 3) op een hoed of in een knoopsgat als nationalistisch symbool. Volgens de overlevering gebruikte St. Patrick het plantje om de drie-eenheid van vader, zoon en heilige geest aan de Kelten uit te leggen. Drumbands uit binnen en buitenland komen naar Dublin om hun beste beentje voor te zetten. De optocht in New York is met een miljoen toeschouwers de grootste ter werelds. 

Aan carnaval wordt in Ierland relatief weinig aandacht besteed. Vastenavond heet, vanwege de eettraditie, pancake day. De vastentijd, die 40 dagen voor Pasen begint, wordt wel gezien als een periode om iets op te geven. Kort voor Pasen behoorde een voorjaarsschoonmaak voordat het huis werd gezegend tot de gebruiken. Rond Pasen zijn er veel processies. Met Pasen zelf worden de kerkaltaren opgefleurd met bloemen. De lelie wordt beschouwd als symbool van de opstanding. Op Paaszondag is er na de kerkdienst een feestelijke maaltijd met de familie. Kinderen beschilderen dan eieren en ze doen wie er de meeste op kan. Ter herdenking van de Ierse Paasopstand van 1916 te­gen de Engelsen wordt in Dublin een militaire parade gehouden. Rond 1 mei worden er naast demonstraties tegen de regering veel cultuur en muziekfestivals georganiseerd (bij het Slieve bloom festival in combinatie met lange wandeltochten). Verder ontsteekt men op veel plaatsen een vreugdevuur op een heuveltop. Ook op of kort na 21 juni zijn deze te zien, m.n. in west en zuid Ierland en dan ter gelegenheid van midzomer. Er zijn dan ook vaak markten, concerten en vuurwerk. Van de viering van het Keltische Lugnasa oogstfeest rond 1 augustus resteert naast opnieuw vreugdevuren dansfeesten en het zegenen van akkers door roomse geestelijken (wellicht ter vervanging van druïdes). Waterford kent sinds 1993 rond deze datum het sterk internationaal gekleurde 3 daagse Spraoi theater en muziekfestival dat bijna 100.000 bezoekers trekt, maar dat kan ook gezien worden als één van de vele zomerevenementen in Ierland. 

Legenden en (anti)helden

Ierland zit vol mythen en legenden, vaak met Keltische invloeden (zie ook onder cultuur in engere zin). Veel ervan is terug te vinden in teksten van middeleeuwse monniken die geschriften verzamelden en overlevering vastlegden. Het meeste is ondergebracht in 4 cycli. Het betreft veelal mythen en epische verdichting rond historische figuren als Ierse koningen en heiligen. Eén van de beroemdste historische koningen was Brian Baru. Hij leefde rond 970 na Chr. en inde belasting van de andere Ierse koningen die hij gebruikte voor de wederopbouw van kloosters en bibliotheken die de Noormannen hadden vernield. Nadat hij op Goede Vrijdag van 1014 (23 april) de Vikingen had verslagen werd hij door één van hen vermoord. Aan hem zijn de Ierse namen Kennedy (oorspronkelijk Mc Cennétig) en O’Brian (zoon van Brian) ontleend. Ook bij de verhalen rond de Ierse patroonheiligen St. Patrick, Bridget van Kildare, Columba van Iona en Finnian en zijn 12 apostelen is veelal sprake van epische verdichting. Ierse vertellers (seanchaí of scéalai in het Iers), waaronder een aantal beroemde schrijvers en dichters, bestaan tot op de dag van vandaag. Min of meer eigentijdse voorbeelden zijn Padraic Colum (1881-1972), Eddie Lenihan (geb. 1950) en de Ierse Amerikaan (e.o.) Batt Burns. Uiteraard vallen de talloze ballades op muziek ook onder de Ierse verhalen. 

Tot de vele mythische wezens behoren de elfen die over magische krachten en attributen beschikken en op het eiland van de eeuwig durende jeugd Tír ta nÓg ten westen van Ierland leefden. Volgens http://www.letsgo.com/ (destinations/ Ireland) is de Leprechaun een (uiteraard groene) kabouter die alleen leeft en mensen er graag tussen neemt. De elfen hebben hem aangesteld om over de pot goud te waken die aan het eind van een regenboog ligt. Banshees zijn blonde vrouwelijke wezens met bloeddoorlopen ogen die met hun gejammer families voorbereiden op de dood van het enige familielid dat hen zelf niet zag of hoorde. Volgens de Ierse overlevering kunnen zeemeerminnen (merrows) aan land hun staart van zeehondenbont uitdoen en niet meer terug naar zee zolang ze die kwijt zijn. De man die zo’n staart weg maakt houdt er een volgzame, mooie en slimme vrouw aan over. Bendes van vrijbuiters waar koningen in tijden van nood een beroep op deden spelen in de Ierse mythologie een belangrijke rol. Ze worden vaak betiteld als Fianna naar de volgelingen van de bekendste mythische leider Fionn Mc Cumhaill. Hij kon leider worden omdat hij per ongeluk een druppel vet van de zalm der wijsheid binnen had gekregen. Sindsdien kon hij alle kennis van de wereld letterlijk uit zijn duim zuigen. De naam Fianna diende veel latere opstandelingen tegen de Britse bezetter, kunstenaars en schrijvers van Ierse ballades ter inspiratie. Ze komt bijv. terug in de term Fenian en in de naam van de grootste politieke partij Fianna Fáil (soldaten van het lot). De naam Jack-o’-lantern voor de gemaskerde lampions van Halloween is gebaseerd op verhalen over legendarische zuiplap Stingy Jack of Jack of the Lantern. Doordat hij met behulp van mooipraterij (blamey, op zijn Iers naar de steen der welsprekendheid in het gelijknamige dorpje) en crucifixen de duivel meer dan eens te slim af was moest die zijn belofte gestand doen dat hij niet naar de hel zou gaan. Omdat Petrus hem ook niet tot de hemel wilde toelaten was hij gedoemd om tot het einde der tijden rond te zwerven met een holle raap met daarin een eeuwig brandende sintel uit de hel die hij van de duivel had gekregen. Mooipraterij was voor Ieren wellicht een belangrijke overlevingsstrategie tijdens de Britse overheersing.