Sport

Breedtesport

In Duitsland wordt vooral door overheden veel geld uitgegeven aan sport en deze staat in het in het land dan ook op een erg hoog niveau. De Duitse deelstaten spelen een belangrijke rol in de breedtesport en de centrale overheid in de topsport. Medio 2000 telde het land volgens Destatis (het Duitse CBS) rond 127.000 sportvoorzieningen; 60.000 sportvelden, 36.000 sporthallen (ruim 400 grote multifunctionele), 14.000 tennisbanen, 9000 schietbanen, 8000 zwembaden en 186 ijshalen. Ze werden voor 63% geëxploiteerd door overheden (m.n gemeenten) en voor ruim 30% door verenigingen en sportbonden. In 2002 telden de sportclubs 24,2 miljoen leden (29,4% van alle Duitsers). Daarnaast waren er nog zo’n 12 miljoen sportbeoefenaren buiten clubverband en ruim 2.5 miljoen sportvrijwilligers. Al met al was daarmee ongeveer de helft van de bevolking actief betrokken bij het sportgebeuren. In 2001 deed 53% van de 16-26 jarigen regelmatig aan sport (EU15 50%). In 2006 hadden de 90.500 sportclubs in totaal 23,7 miljoen leden (60% mannen; 40% boven 40 jaar). Voetbal is in het land veruit het meest populair. De Duitse voetbal­bond had 6,35 miljoen leden, gevolgd door de turnbond (5,1 miljoen), de tennisbond (1,7 miljoen) en de schut­tersbond (1,5 miljoen, schuttersfeesten vormen in Duitsland een eeuwenoude traditie). Van de 9 bonden met tussen 1 en 0,5 miljoen leden waren de atletiek, handbal en ruiterbond de grootste. De reddingsbrigade, verenigd in de bond van reddende zwemmers DLRG (Deutsche Lebens Rettungs Gesellschaft) viel er ook onder. Een voetbalwedstrijd van de Bundesliga (de Duitse eredivisie) trekt gemiddeld 25.000 toeschouwers.

Belangrijke zomersporten zijn tennis, zwemmen, vissen, badminton, zeilen, windsurfen, fietsen en het lopen van zwerfroutes. Als wintersport is skiën (langlaufen, afdalingen) het meest populair. Daarnaast wordt er veel gedaan aan bobsleeën, schaatsen (zowel kunstschaatsen als hardrijden op de schaats) en Eisstockschiessen (een Duitse precisie en volkssport die ook wel Beiers Curling wordt genoemd). Tafeltennis; volley, basket en handbal; judo, kegelen, karate en dansen zijn populaire zaalsporten. Het Deutsche Volkssportverband (in 2006 met 1017 verenigingen als lid) speelt een flinke rol in de breedtesport. De leden organiseren het hele jaar door (het vaakst in het zomerhalfjaar) sportevenementen; vooral wandeltochten, maar ook hardloop, zwem en fietstochten. Naast de topsport is ook de breedtesport in Duitsland erg prestatiegericht. Zo houdt Destatis het jaarlijkse aantal medaillewinnaars bij. Hun aantal nam tussen 1998 en 2006 toe van 850.000 naar 1,2 miljoen. Duitland is de grootste producent (m.n. voor de eigen markt) en importeur van sportarti­kelen binnen de EU.

Adidas en Puma

Internationaal toonaangevende Duitse merken op het gebied van sportartikelen zijn Adidas (naar stichter Adi Dassler; omzet in 2007: €10,3 miljard; winst €511 miljoen) en Puma (opgericht door broer Rudolf Dassler; omzet 2006: 2,4 miljard; winst €263 miljoen). Begin 20er jaren begonnen de boers met het maken van maatschoenen voor gymnasten. Rudolf was een uitgekookte zakenman en Adolf (informeel Adi) meer een introverte vakman. Samen kregen ze maatschappelijk succes, maar ze hadden ook vaak ruzie. Tijdens de oorlog leverden ze schoeisel aan de Wehrmacht. Rudolf ging in zijn collaboratie zo ver dat hij broer Adolf aangaf als onbetrouwbaar. Daarna is het tussen de 2 nooit meer goed gekomen. Beide broers gingen ieder hun eigen weg. Rudolf stichtte in 1948 Puma en Adolf in 1949 Adidas. Na het verscheiden van de broers in de 70er jaren bleven hun bedrijven in familiehanden, maar hun nageslacht bleef gebrouilleerd. Ook nu nog is het winstdeel van de omzet bij Puma veel groter dan bij Adidas.

Topsport

Er zijn zoveel Duitse wereldtoppers ge­weest in allerlei takken van sport dat bij het noemen van namen willekeur vrijwel niet te vermijden is. Franz Beckenbauer is de be­kendste naoorlogse voetballer en Uwe Seeler was een erg populaire voetballer uit Hamburg. Het nationale voetbalteam heet de “Nationalmannschaft”. Op de ranglijst van de FIFA, de wereldvoetbalorganisatie, bivakkeerde der Mannschaft tussen 1993 en 2008 het grootste deel van de tijd bij de top5 onder de ruim 200 aangesloten landen. Tussen 2002 en 2006 stond men lager, maar in juli 2008 was het team kort na het behalen van de halve finale van het EK weer 3e op deze ranglijst. Gerd Müller is met 68 doelpunten, gescoord tussen 1966 en 1974, topscorer van het nationale voetbalelftal. Tussen 1956 en 2008 werd de Europacup voor landskampioenen 6 keer gewonnen door een Duitse club, waarvan 4 keer door Bayern München (3 keer achtereen tussen 1974 en 1976). In 2006 speelde zich in Duitsland de eindronde van het WK voetbal af. Andere teamsporten waarbij Duitsland tot de wereldtop behoort zijn handbal en veldhockey.

Tennissterren als Boris Becker, Steffi Graf en Michael Stich droegen tussen 1990 en 2000 in belangrijke mate bij aan de popularisering van hun sport. In 1997 was Jan Ulrich de eerste Duitse Tour de France winnaar in de geschiedenis en rond 1996 won de zwemster Franziska von Almsick bijna alles waar ze aan deelnam. Schaatsenrijdster Anni Friesinger won tussen 1993 en 2008 38 medailles bij Olympische spelen, EK’s en WK’s, waarvan 22 keer goud. Bij het Bobsleeën won Duitsland (incl. de voormalige BDR en DDR) veruit de meeste Olympische medailles. Tot de grote hedendaagse coryfeeën behoort André Lange. Michaël Greis won in 2006 in Turijn 3 keer goud op de biatlon. Paardensport evene­menten en formule 1 autoraces trekken veel toeschouwers. Meervoudig wereldkampioen Michael Schumacher was rond 2000 de bekendste Duitse autocoureur.

Bij de moderne Olympische spelen behaalden de Duitsers t/m 2006 qua medaille opbrengst een 5e plaats onder ruim 150 landen (32e van 116 landen per miljoen inwoners t/m 2004); een 8e plaats onder ruim 150 landen bij de zomerspelen en een 4e plaats onder 46 landen bij de winterspelen (13e onder 35 landen per miljoen inwoners in 2004). De totale oogst bestond uit 647 medailles, waarvan 196 keer goud. De oude DDR had hierin, mede door het veelvuldig toepassen van doping, een onevenredig groot aandeel. De medailles werden behaald in een groot scala van sporten. Specifiek voor de voormalige DDR waren ritmische gym­nastiek, atletiek, zwemmen, roeien, kanoën, rodelen, schaatsen en bobsleeën en voor de oude BRD paardensport (bijv Alwin Schockemöle), schermen en alpineskiën. Als verenigd Duits team won men het meeste goud bij kanoën, roeien, paardensport, biatlon, rodelen, bobsleeën, alpine skiën en schaatsen. Duitsland is 3 keer gastland geweest voor de spelen; in 1936 voor de zomer en de winterspe­len en in 1972 voor de zomerspelen. In 1936 waren de spelen controversieel vanwege de Nazi-propaganda en in 1972 door de slecht afgelopen gijzeling van Israëlische sportlie­den door Palestijnen. Het Olympisch stadion van München geldt als een architectonisch hoogstandje. Bij de zomerspelen van 2004 behaalde men in de me­daillerangschikking een 5e plaats onder 71 landen en bij de Olympische winterspelen van 2006 in Turijn werd men 1e op de medaille ranglijst.

Grootste Duitse sporter aller tijden

Wereld en Olympisch bokskampioen Max Schmeling overleed in februari 2005 op 99 jarige leeftijd. De nazi’s voerden zijn overwinning in 1936 op de onverslaan­bare geachte zwarte Amerikaan Joe Louis aan als bewijs voor de stelling dat het arische ras superieur was. Enkele  jaren later werd Schmeling echter door Louis knock-out geslagen. De nazi’s achtten het beter dat Schmeling geen partijlid werd om zijn geloofwaardigheid in het buitenland te vergroten. Schmeling zelf probeerde tussen de politieke klippen door te laveren. Aanvankelijk bagatelliseerde hij op verzoek van de nazi’s in de VS de jodenvervolgingen. Wellicht daardoor kon hij de Olympische spelen van 1936 in Berlijn bewerkstelligen dat de zwarte Olympiërs bescherming kregen. Ook had hij een Amerikaans joodse trainer en hij hielp joden om aan het nazi-regime te ontsnappen. In 1987 werd hij door de Duitse sportmedia gekozen tot grootste sportman aller tijden.