Staatsvorm

De huidige grondwet van 1975 werd in 1986 en 2001 gewijzigd. Het land kent een éénkamerparlement (Vouli ton Ellinon) met 300 zetels dat om de 4 jaar wordt gekozen. Daarvan worden 288 bezet vanuit 56 kiesdistricten en om gemakkelijker een meerderheidsregering te kunnen vormen zijn er 12 zetels gereserveerd voor staatsafgevaardigden van de grootste partij. De belangrijkste politieke partijen zijn tegenwoordig de behoudende Nieuwe Democraten ND, de Panhellistische socialistische beweging Pasok en de communistische KKE. Om de 5 jaar kiest het parlement de president. Deze moet bij een 1e of 2e ronde een tweederde meerderheid halen en bij een 3e rond een meerderheid van 60%. Als het dan nog niet lukt wordt het parlement ontbonden en volgen nieuwe verkiezingen. Daarna is slechts een normale meerderheid nodig om tot de keus van een president te komen. De president benoemt op voor­dracht van de premier een kabinet dat kan rekenen op een parlementaire meerderheid. Als aanvulling op de wetgevende, uitvoerende en rechtelijke macht kent Griekenland een raad van de republiek die bestaat uit de premier, de oppositieleider en voormalige presidenten en premiers. Ze wordt bijeengeroepen bij een nationale crises of wanneer de politieke partijen niet tot de vorming van een regering kunnen komen. In het laatste geval benoemt de raad een interim premier die aanblijft tot er nieuwe verkiezingen zijn.