Toerisme
Overheidsbeleid en economische betekenis
Het toerisme is in Portugal een belangrijke economische factor. Er werd kort na 2000 veel geïnvesteerd in dure toeristische infrastructuur, waardoor het land zich voor veel Portugezen uit de markt prijsde. In de autoverhuurbranche verloren nationale bedrijven terrein aan buitenlandse concurrentie. Na 2001 stagneerde de groei door de 11 septemberaanslagen, de SARS epidemie en de economische recessie. Zowel het aantal binnenlandse overnachtingen als het aandeel Portugezen dat naar het buitenland ging of überhaupt met vakantie ging nam af. Desondanks nam het land in 2004 qua bevolkinggrootte op de wereldranglijst een 77e plaats in, maar qua reisbestemming een 19e plaats en qua toeristische inkomsten een 21e plek. In 2006 wilde men om rijke toeristen te trekken voor €300 miljoen investeren in golfbanen, het organiseren van congressen bevorderen en bronnenbaden uitbaten door er gezondheid en sportcentra van te maken. Ook de cruisesector wordt steeds belangrijker. Volgens INE (het Portugese CBS) steeg de bijdrage van het toerisme aan het BBP tussen 2005 en 2007 van 4,6 naar 5,1%. De binnenlandse toerisme consumptie ging daarbij omhoog van 9,4 naar 10,4% van het BBP en bereikte in 2007 een bedrag van €17 miljard. De toeristische inkomsten waren 2,6 keer zo hoog dan de uitgaven en er werd €4,5 miljard winst gemaakt.
Het WTTC (World Travel and Tourist Council) verwachtte dat het toerisme in Portugal in 2008 in engere zin 6,4% van het BBP (€10,8 miljard, +0,1%; EU 3,6% BBP, +1,7%) en 7,6% van de werkgelegenheid (396.000 banen; -1,1%; EU 3,9%, +0,7%) oplevert en met de uitstraling over de rest van de economie meegerekend 15,7% van het BBP (€26,6 miljard; +0,4%; EU 10,2% BBP, +1,6%) en 19,2% van de banen (989.000 banen; -0,9%, EU 10,8%, +0,4%). Verder zullen 5,9% van de overheidsuitgaven (€2 miljard; -1,3%; EU 3,2%, +0,7%) en 13% van de kapitaalsinvesteringen (€4,9 miljard; +0,8%; EU 8,9%, +2,1%) erin terechtkomen. Individuen zullen 11,4% van hun budget uitgeven aan toerisme en reisverkeer (€12,5 miljard, +1%; EU 10,4%, +2,4%) en de uitgaven voor en in verband met zakenreizen werden begroot op €2,8 miljard (1,7% zakelijke bestedingen; +0,7%; EU 1,6%; +1,9%). De verwachte bestedingen van buitenlandse toeristen in Portugal aan goederen en diensten bedroegen €9,1 miljard (14,3% van de waarde van de totale export, -0,1%; EU 6% exportwaarde, +0,9%). De waarde van dingen die ze kopen om mee terug te nemen of van zaken die Portugal via het buitenland binnenkrijgt voor toerisme (overige export) werd begroot op €2,9 miljard (4,5% exportwaarde; +2,9%; EU 5,7%, +3,4%). Daarmee zou naar verwachting het buitenland Portugal €12 miljard aan toeristisch inkomen opleveren. De groeiverwachtingen t/m 2018 liggen, op overheidsuitgaven en kapitaalsinvesteringen na, boven het EU gemiddelde.
Verblijfsaccommodaties
In 2007 hadden alle collectieve toeristische verblijfsaccommodaties van Portugal samen plaats voor 470.000 gasten (+0,8% t.o.v 2006). De 2031 hotels waren met 265.000 bedden (+0,1%) goed voor 56% van de capaciteit, de 228 campings met 183.000 plaatsen (+0,8%) voor 39% en de 38 vakantiekampen (6100 plaatsen, -0,5%), 42 jeugdherbergen (4400 bedden) en 1032 plattelandsaccommodaties (11.300 bedden) samen voor 5%. De 13,4 miljoen hotelgasten van dat jaar (+8%) boekten bijna 40 miljoen overnachtingen (+5,8). Daarvan kwamen er 13 miljoen (32,5%) op naam van Portugezen (+5%) en de rest (26.8 miljoen; 67,5%; +6,2%) op die van buitenlanders. Van deze overnachtingen werd 55,7% in hotels, 15,8% in hotel appartementen, 10,8% in toeristenappartementen en 9,7% in gasthuizen doorgebracht. De gemiddelde bezettingsgraad van dit soort onderkomens lag landelijk op 43% (Centro en Alentejo 30%; Lissabon 46%, Algarve 48%, Madeira 64%). Naar regio stond Algarve bovenaan qua aandeel (37%), gevolgd door Lissabon 22%, Madeira 15% en het noorden 10%. Alleen op Madeira is het aantal vakantiegangers evenwichtig over het jaar verspreid. De hotels kregen €1,9 miljard aan inkomsten binnen. Campings boekten 7 miljoen overnachtingen (+2,5%; Portugezen 75%, Fransen en Spanjaarden ieder 5%, Nederlanders en Italianen beide 4%), vakantiekampen 0.7 miljoen (+4,2%), jeugdherbergen 0.5 miljoen en plattelandsaccommodaties 0.6 miljoen (+33%!). Daarmee kwam het aantal toeristische overnachtingen in alle collectieve etablissementen op 48,6 miljoen (+5,6%; 60%, +6% door buitenlanders; 40%; +3,8% door Portugezen). De inkomsten van andere accommodaties dan hotels bedroegen €1,3 miljard.
Naast dure chique hotels voor rijke toeristen zijn in het land ook goedkopere gasthuizen (estalagens) en staatshotels (pousada). In Portugal wordt soms afgedongen (bijv. bij accommodaties buiten het toeristenseizoen en plattelandstaxi’s). |
Binnenlands en uitgaand toerisme
Augustus is in Portugal de vakantiemaand bij uitstek. Complete bedrijven gaan dan dicht, maar voor horeca en middenstand blijft het ook in de steden een drukke tijd omdat de plaats van de bewoners deels wordt ingenomen door buitenlandse toeristen met meer geld. Ook komen tijdens de vakantieperiode veel emigranten naar hun geboortestreek om te trouwen, aan een huis te bouwen of naar de dokter te gaan. De meeste reizen om familie en vrienden te bezoeken worden rond kerst en oud en nieuw afgelegd. Spaanse zonbestemmingen waren rond 2000 populair onder Portugezen vanwege de lagere prijzen en de betere service. Het aandeel Portugezen dat met vakantie ging steeg tussen 1995 en 2000 van 43 naar 70% en daarna zakte het weer iets. Algemene tendensen van na de millenniumwisseling zijn meer lange en meer buitenlandse vakanties.
Van de 10,4 miljoen reizen met verblijf die Portugezen in 2007 maakten vonden er 8,8 miljoen (85%) binnen Portugal plaats. Daarvan ging 87% met de auto. Van de 6,6 miljoen korte vakanties (minder dan 4 overnachtingen) werd 85% in eigen land doorgebracht en van de 3,3 miljoen langere vakanties 76%. Volgens INE (het Portugese CBS) brachten Portugezen in eigen land 45,4 miljoen nachten door op een vreemd bed, voor 75,8% in private accommodaties (12,9% betaald; 62,9% gratis). De meest voorkomende regio’s waar men e.e.a ten uitvoer bracht waren de Algarve en centraal Portugal (beide 27,1%), het noorden 18,5% en Lissabon 12,8%. Gemiddeld bleven bij reizen in eigen land zakenreizigers 3, bezoekers van familie en vrienden 3,4 en vakantiegangers 6,2 dagen van huis. De gemiddelde bestedingen p/d bedroegen bij vakantiegangers €25, bij familie en vriendenbezoekers €19 en bij zakenreizigers €68.
Portugezen gingen 21 miljoen keer de landsgrenzen over (+14%). Daarbij ging het om 80% dagreizen (+14%) en 20% reizen met verblijf (+17%). Eén van de 3 reizen met verblijf vond plaats in juli, augustus en september, maar het aandeel grenspassages in het winterhalfjaar nam flink toe. Vrije tijd, recreatie en vakantie vormde het motief van 70% van de dagtoeristen en 49% van de verblijfstoeristen. Van de dagreizigers ging 20% voor zaken en van de verblijfstoeristen 33%. Van de 17 miljoen buitenlandse overnachtingen van verblijfstoeristen vond 53% plaats in een hotel, 11% in een andere betaalde accommodatie en 36% in een al dan niet mobiel gratis privé-onderkomen. Van de 4,4 miljoen verblijfstoeristen gingen er 2,1 miljoen naar Spanje (48%, +15%), gevolgd door Frankrijk (14%, +28%), Duitsland (7%, +49%), het VK (6%, +17%), Zwitserland (4%, +37%), Brazilië (2,5%; -34%), Italië (1%, -16%) en België (1%, +29%). Het merendeel van deze reizigers (55%) ging over de weg en 45% door de lucht. Bij 60% van deze reizen kwam er een reisbureau aan te pas. Gemiddeld bleven zakenreizigers 8, bezoekers van familie en vrienden 19 en vakantiegangers 9 dagen weg. De gemiddelde bestedingen p/d bedroegen bij vakantiegangers €36, bij familie en vriendenbezoekers €32 en bij zakenreizigers €91. De 16,6 miljoen dagtoeristen die de grens overgingen kwamen vrijwel zonder uitzondering niet verder dan Spanje.
Inkomend toerisme
In 2004 (het jaar van het EK voetbal) telde INE 29 miljoen bezoeken uit het buitenland (+3% t.o.v 2003). In 2007 ging het om 23,7 miljoen dag en verblijfstoeristen (+5,1% t.o.v 2006; dagbezoekers 48%, +1%, verblijfstoeristen 52%, +9%). Van de 12,3 miljoen verblijfstoeristen kwam 60% aan per vliegtuig en 39% over de weg. Als reden van de komst kruiste bij de dagjesmensen 70% vrije tijd recreatie en vakantie aan, gevolgd door zakelijk 20% en bezoek aan familie of vrienden 4%. Bij de verblijfstoeristen lagen deze cijfers op respectievelijk 72%, 13% en 12%. Qua land van herkomst stond bij de 12,3 miljoen verblijfstoeristen Spanje bovenaan (2,6 miljoen, 19%, +7%), gevolgd door het VK (2,3 miljoen, 10%, +3,2%), Frankrijk (1,8 miljoen, 7,5%, +24%), Duitsland (5%, +1.7%), Zwitserland (2%, +29%) en Nederland (0,5 miljoen; 2%, +2%). Van de 11,4 miljoen dagbezoekers kwamen er 11,3 miljoen uit Spanje.