Toerisme

Economisch belang en verwachting

Croatia biedt voor Kroatië (HR van Hrvatska) recente info over de stand van zaken in en verwachtingen rond de economische betekenis van het toerisme. In de tabel hieronder staan gegevens voor 2012 en de verwachte groei voor 2013(+/-); vergeleken met het Europees gemiddelde. Het betreft de directe bijdrage aan BBP en werkgelegenheid en de bijdrage met de uitstraling over de hele economie gerekend (BBP totaal en werk totaal). “Bezoek export” verwijst naar de bijdrage van toeristen uit het buitenland aan de export (zakelijk & vrije tijd, verblijfstoeristen & dagjesmensen) en “uitgaven Kroaten” naar toerisme uitgaven in eigen land (zakelijk & privé). Onder “vrije tijd reizen”/ “zakenreizen” wordt de uitsplitsing zakelijk privé gemaakt voor toeristen uit buitenland en eigen land samen. Onder % wordt hier verwezen naar het aandeel in de totale private/ zakelijke uitgaven. “Kap. invest.” verwijst naar het toeristisch aandeel in kapitaalsinvesteringen.

Item

Kroatië/ HR

Europa

€ miljard/ banen

%

+/-2013 in %

%

+/- 2013

BBP direct

4,6m

11,9

+0,4

2,9

+0,8

BBP totaal

10,8m

27,8

-0,2

8,2

+0,6

Werk direct

139.000

13,1

-0,1

2,8

+1,2

Werk totaal

319.000

30,2

-0,5

8,0

+0,7

Bezoek export

8,4m

44,4

+1,9

5,3

+1,2

Uitgaven Kroaten

1,3m

3,8

+0,2

3,6

+1,0

Vrije tijd reizen

9,1m

11,0

+1,5

2,2

+0,9

Zakenreizen

0,76m

0,9

+2,7

0,6

+0,9

Kap. invest.

1,06m

12,1

+0,2

4,7

+0,8

In 2012 kwam van de directe BBP opbrengst erg veel uit vrije tijd toerisme (92,2%, de rest uit zakelijk reisverkeer) en buitenlands bezoek (85%, rest bezoek uit eigen land). In dat jaar stond het Kroatische toerisme qua economisch belang op een hoog peil. Men stond op de wereldranglijst van 184 landen naar directe bbp bijdrage 18e (totale bijdrage 19e), naar directe bijdrage aan de banen 15e (totale 17e), naar exportbijdrage van inkomsten uit buitenlands bezoek 23e en naar bijdrage toerisme aan kapitaalsinvestering 35e. De groei verwachtingen voor 2013 waren voor HR echter niet hooggespannen. Hier waren de posities op de wereldranglijst: directe bbp bijdrage 161 (totale bijdrage 171), bijdrage aan de banen (direct 87, totaal 142), export bijdrage buitenlands bezoek 111 en bijdrage aan de kapitaalsinvesteringen 156. De tabel hierna geeft info over de verwachtingen voor 2023 (+/- p/j: de verwachte verandering p/j in % over 2013-2023).

Item

Kroatië

Europa

€ miljard/ banen

%

+/-p/j in %

%

+/- p/j %

BBP direct

8,0m

15,7

+6,1

3,0

+2,9

BBP totaal

19,0m

35,7

+5,9

8,4

+2,7

Werk direct

174.000

15,6

+2,3

3,2

+1,4

Werk totaal

396.000

35,4

+2,2

8,6

+1,0

Bezoek export

15,3m

43,7

+6,1

4,9

+3,3

Uitgaven Kroaten

2,0m

3,8

+3,4

3,8

+2,8

Vrije tijd reizen

16,3m

14,7

+5,9

2,3

+3,0

Zakenreizen

1,1m

1,0

+3,5

0,6

+2,8

Kap. invest.

1,8m

13,2

+5,4

4,8

+3,8

Hier scoorde men qua lange termijn groeiverwachting hoog op bbp bijdrage (direct 19, totaal 26) & export bijdrage buitenlands bezoek (28) en boven gemiddeld op bijdrage aan kapitaalsinvestering (59) en werkgelegenheid (dir. 87, tot. 86).

Trekpleisters, beleid, capaciteit en comfort

De bijdrage van het toerisme aan de economie van Kroatië is dusdanig dat men onder de weinige EU landen valt met een apart toerisme ministerie. Via de website ervan ( MINT) is veel actuele info te vinden over deze onderwerpen; ook met de nodige links. Bij Tourism in Croatiais o.m. op de Kroatische pagina (Hrvatski) info te vinden over geschiedenis van het toerisme en over trekpleisters. TripAdvisor.com geeft direct praktische informatie in de eigen taal over onderkomens, horeca etc. in een in te vullen stad (men kan een taal kiezen), op Do’s and Don ts staan wat reiservaringen en op How to onder “where to go” wat speciale aanraders van Kroaten. In de 2e helft van de 19e eeuw verschenen langs de Adriatische kust de eerste hotels (het eerst in de buurt van Rijeka). De meeste ervan waren van buitenlanders. In 1926 kwam men voor het eerst boven een miljoen overnachtingen en in 1929 kwamen er voor het eerst meer gasten uit het buitenland (m.n. midden Europa, Italië en Engeland) dan uit eigen land. Toen Kroatië na de oorlog onderdeel was van de Joegoslavische federatie ging aanvankelijk de kwaliteit van de voorzieningen (vaak van de overheid) achteruit en velen die in de sector werkten vertrokken omdat ze elders beter konden verdienen. Dit leidde wel tot opkomst van private voorzieningen. M.n. in de 80er jaren kwam het massatoerisme langs de kust op met piekjaren tussen 1985 en 1988 met elk jaar meer dan 10 miljoen bezoekers en rond 68 miljoen overnachtingen (incl. toeristen in niet commerciële onderkomens die wel toeristenbelasting betalen). Ten gevolge van de onafhankelijkheidsoorlog met Servië stortte tussen 1991 en 1995 het toerisme in. In 2006 kwam men opnieuw boven de 10 miljoen toeristen. In 2009 zorgde de kredietcrisis voor een dipje, maar daarna trad herstel op. In 2011 kwam het aantal overnachtingen voor het eerst weer boven 65 miljoen en in 2012 werd een record bereikt van bijna 69m (incl. niet commerciële overnachtingen; No 4.3.2/11 en No 4.3.3/2 ).

De kustregio en de vele eilanden vormen in Kroatië veruit de voornaamste trekpleister. In 2011 was 95% van de betaalde overnachtingen van buitenlanders in kustregio (bij Kroaten 79%). Veel gehoorde verkooppunten zijn een overvloed aan stranden met schoon zwemwater (met Duitsland als herkomstland nr. 1 haalt men 15% naturisten), jachthavens en zeilmogelijkheden (Blue). De topper is het schiereiland Istrië in het noordwesten (32% van de betaalde overnachtingen in 2012; Tourism 2012 ) gevolgd door Rijeka e.o. en de regio rond Split, Zadar, Dubrovnik, Sibenik Knin en Lika Senj. De hoofdstad Zagreb scoorde met slechts 2% van de overnachtingen veruit het hoogst als binnenlandse bestemming. Onder de afzonderlijke attracties vallen de oude ommuurde binnenstad van Dubrovnik en het eiland Korčula bij Dubrovnik, de stadjes Poreč, Rovinj en Pula op Istrië, het paleis van Diocletius in Split & het eiland Hvar niet ver van Split, Zadar &Šibenik in midden Dalmatië en de hoofdstad Zagreb. De regio Krapina Zagorje in het uiterste noorden bij de Sloveense grens is erg in trek bij Kroaten. In 2011 kregen de nationale parken 2,3m bezoeken; voor 86% buitenlanders (de Plitvice meren in de bergen bij de noordwestelijke grens met Bosnië ruim een miljoen; het Krka park bij Šibenik 685.000) en 204 musea en galerieën kwamen tot 2,9m (56% Kroaten; Tourism pag. 35). In Croatian op de website van het ministerie staan beleidsdoelen t/m 2020. Daaronder vallen het upgraden van de capaciteit (in 2011 was bijv. 40% van de hotelbedden in 4 of 5 sterren hotels) en verbreden van het seizoen (87% van de overnachtingen tussen juni en sept. in 2011) en meer verscheidenheid in producten en diensten, incl. duurzaamheid (thans ligt wel een erg zwaar accent op kusttoerisme). Men wil daartoe een aantal toeristische voorzieningen van de overheid privatiseren en voorzieningen creëren die ook rijkere toeristen trekken (bijv. congrestoerisme, golfbanen, cruiseschepen, themaparken etc.). Eén van de doelen is om de top20 bestemmingen van de wereld te halen.

Voor 2011 telde Statistics (industry, trade & services, tourism) aan capaciteit 2189 betaalde collectieve onderkomens met 10 of meer plekken (1 op 2000 inwoners, EU27 gemiddelde bijna 1 op 1000 inwoners), waarvan 857 hotels, 243 (vaak enorm grote) campings, 113 terreinen met vakantiehuisjes en 976 andere. Van de 438.000 plaatsen (1 op 10 inwoners, EU27 1 op 18; in 2009 nog 494.000) bevonden er zich 154.700 in hotelachtige onderkomens (35%, EU27 44%), 216.000 op campings (49%; EU rond 25%), 6.300 in vakantiehuisjes (1,4%) en 60.400 in andere onderkomens (bijna 14%). Het Kroatische CBS kwam voor 2011 op 934.000 plekken in het hoogseizoen, waarvan 469.000 in publieke en 465.000 in private onderkomens (Tourism , privaat 48,4%, campings 24,7%, hotels e.d. 13,7%; meer details op pag. 8). Het leeuwendeel van de plaatsen is in de kustregio (92,5%; verdere verdeling: niet toeristische oorden 4,5%, Zagreb ruim 1%, de bergen bijna 1%, spa/wellness centra 0,5%, overige 0,5%; p10). Naar comfortklasse in hotelachtige onderkomens viel 8% van de bedplaatsen onder de hoogste klasse (5 sterren; verdere verdeling 4 sterren 33%, 3: 44%, 2: 15%; p10).

Verblijfsaccommodaties: gebruik en trends

De bezettingsgraad naar bedden (hotelachtige onderkomens) is naar EU maatstaf hoog, maar erg variabel. Ze liep in 2012 uiteen van 15 à 16% in dec. en jan. (bij de 2 laagste in de EU) naar 91% in juli en 97% in aug. (beide hoogste EU; Statistics) en week daar tussen 2008 en 2011 weinig van af. Qua aandeel in de betaalde overnachtingen valt de bijdrage van buitenlanders onder de EU top (90%, EU 43% in 2011) en die van hotels etc. onder het EU gemiddelde (53 om 66%, bij buitenlanders rond 51%, bij Kroaten rond 61%, EU ook 61% in 2011). De bijdrage van campings is in Kroatië erg groot (38%, NL 22% in 2011), vooral bij buitenlanders (40%, NL 12%). Het effect van de kredietcrisis was door de bank genomen gering en in 2011 boekte men een record aantal betaalde overnachtingen. Dat kwam op conto van buitenlanders, want onder Kroaten was sprake van een daling (van 4,6m in 2008 via 3,8m in 2010 naar 3,9m in 2011; hotels van 2,9, via 2,3m naar 2,4m; vakantie huizen van 0,39 naar 0,26m). Bij buitenlanders ging het aantal van 33,9 via 33,2 naar 35,4m, mede doordat het aandeel campingnachten steeg (overige van 3,2 via 2,7 naar 2,8m; hotels van 17,6 via 16,9 naar 18,1m; campings van 12,9 naar 14,4m). De tabel hierna geeft info over de verdeling van de overnachtingen over betaalde accommodatie onder buitenlanders en Kroaten in 2010 en 2011.

Type onderkomen

Overnachtingen x 1000

Buitenlanders

Kroaten

2011

+/- 2010

2011

+/- 2010

Hotels

18.054

+6%

2.412

+4%

Campings

14.438

+7%

402

+13%

Vakantiehuizen

67

+4%

264

-6%

Overige

2.829

+4%

782

-2%

Totalen

35.389

+6%

3.861

+3%

De doorsnee verblijfsduur in betaalde onderkomens kwam in 2011 bij 9,9 miljoen buitenlanders op 5,5 nachten (hostels 3,1 , hotels 3,8, camping 6,5, appartement 7,1) en bij 1,5m Kroaten op 3,7n (hotel 2,4; camping7,7, kuuroord 8,1). De intensiteit van het toerisme (aantal overnachtingen per 1000 inwoners) is in Kroatië hoog naar EU maatstaf (8896 in 2011, EU 4856). Na een dipje in 2009 en 2010 lag ze in 2011 weer 2,5% hoger dan in 2008 (EU +4%). Het aandeel van buitenlanders in de betaalde overnachtingen valt onder de EU top (90%, Eu 43% in 2011, 88 om 42% in 2008). In 2011 bestond 48% van de onderkomens uit private ruimtes (deels eigen vastgoed of voer/vaartuig, deels private verhuur etc.) en deze hadden het grootste aandeel in alle overnachtingen (34,4%, buitenlanders 35%; Kroaten 30%). Hotels kwamen zo op 26,8% (BL 25,5%; HR 36,5%) en campings op 25,2% (BL 26%, HR 7,5%; Tourism p20). De tabel hierna biedt info over de verhouding Kroaten buitenlanders in aantallen overnachtingen naar regio in 2011 (First, trade etc. 2012, 1463 p 55-62).

Regio

Tot. x miljoen

Kroaten

Buitenlanders

Land totaal

60,4

5,6

54,7

Noord en west

1,6

0,6

1,0

Zagreb

1,2

0,3

0,9

Centraal & oost

0,7

0,3

0,3

Kustregio

58,0

4,6

53,4

Rijeka/ Primorje

11,7

1,2

10,5

Istrië

19,1

0,7

18,4

Lika Senj

1,7

0,1

1,6

Zadar

6,5

0,9

5,6

Sibenik/Knin

4,0

0,5

3,5

Split

10,3

0,9

9,4

Dubrovnik

4,8

0,3

4,4

Inkomend toerisme

In 2011 turfde de Kroatische douane 70,6 miljoen keer iemand die het land inkwam; 0,7% minder dan in 2010 (Tourism pag. 33). Deze kwam 49,7m keer uit het buitenland (+1,8%; naar vervoer over de weg 91%, lucht 4%, zee 3% waarvan ruim 2% met cruiseschepen, spoor 1%). Er zitten veel dagjesmensen of mensen op doorreis tussen, want in 2012 telde men 10,3 miljoen buitenlandse verblijfsgasten (bijna 5% meer dan in 2011, toen 9,9m) die 57,5m overnachtingen boekten (+5%). Naar organisatie (p13 en Tourism ) kwam in 2011 en 2012 rond 38% van de gasten en 36% van de nachten op conto van georganiseerde reizen (de rest was op eigen gelegenheid). Het aandeel van georganiseerde reizen is het grootst rond april en okt. Naar herkomst voerde in 2012 Duitsland wederom de top10 aan (17,9% van de gasten, +12%; 24,2% van de nachten, +12%), gevolgd door Slovenië (10,2%, -4% en 10,8%, -2,5%), Oostenrijk (9,1%, +6%; 8,9%, +6%), Italië (10,1%, -9%; 7,9%, -9%); Tsjechië (6,2%, +2%; 7,9%, +3%), Polen (5,2%, +10%; 5,9%, +9%), Frankrijk (4%, +6%; 2,7%, +4%), Slowakije (3,3%, +1%; 4%, +1%), NL (3,2%, +17%; 4,5%, +15%) en Rusland (1,9%, +8%; 2,7%, +6%). Vanaf 2005 was er bij Oostenrijkers, Duitsers, Nederlanders, Polen, Tsjechen en het verre oosten een opgaande en bij Britten, Fransen en Slovenen een neergaande lijn. NL kwam op 335.000 bezoeken en 2,6m overnachtingen. Naar verblijfsduur bleven bij de top10 landen in 2011 gasten uit NL (7,7n) en Duitsland (7,5n) het langst en Italianen (4,3n) en Fransen (3,8n) het kortst. Qua type onderkomen scoorden privéruimten (7,2n), huisjes, appartementen en campings (6,5n) relatief hoog en hotels (3,8n) en B&B adressen e.d. (3,1n) laag. In 2012 kwam naar bestemming 97,3% van de nachten van buitenlanders op conto van kustregio (+5%). De topper is het schiereiland Istrië in het noordwesten (33,6%, +5%; No 4.3.2/11 ) gevolgd door Rijeka e.o. (Primorje; 19%, +3%) en de regio rond Split (17%; +4%), Zadar (10%, +6%), Dubrovnik (9%; +10%), Sibenik Knin (6,4%; +6%) en Lika Senj (3%, +8%). De hoofdstad Zagreb scoorde met 1,7% van de overnachtingen (+9%) veruit het hoogst als binnenlandse bestemming.

In 2012 hadden naar onderkomen (57,5m overnachtingen, +5%; No 4.3.2/11 ) privé onderkomens bij buitenlanders het grootste aandeel (35,6%, 20,2m; +4,5%), gevolgd door campings (27%, 15,5m, +7%), hotels e.d. (25,5%, 14,5m, +4%) en resorts (vakantieparken e.d.; 4,5%). Bij Oostenrijkers, Fransen en bezoekers van buiten de top10 landen scoorden hotels het best. Campings waren de topper bij Duitsers, Slovenen en (niet geheel onverwachts) Nederlanders en private onderkomens kwamen behalve bij Italianen het hoogst bij bezoek uit voormalige Oostbloklanden (Tsjechen, Slowaken, Hongaren, Polen). Voor 2012 kwam het Kroatische CBS op 2,8m overnachtingen van buitenlanders in eigen appartementen/ zomerhuizen (Slovenen 44%, Duitsers 13%, Bosniërs 5%, Oostenrijkers 5%, Italianen 4,6%, Hongaren 4,3%). In 2011 kwam bij jachthavens 60% van de boten (ruim 114.000) uit het buitenland (Italië 21%, Duitsland 10,5%, Oostenrijk 7,9%, Slovenië 4,7%). Hoeveel mensen aan boord waren meldt Tourism niet. Zowel in 2011 als in 2012 kreeg Kroatië ruim 1,1 cruisetoeristen aan de wal (No 4.3.6/8. ). Over het motief van buitenlands bezoek (vakantie/ recreatie, bezoek, zakelijk, sport, religie, doorreis etc.) is moeilijk info te vinden.

Het aantal betalende verblijfstoeristen van elders zakte volgens Statistics van 7,1 miljoen in 08 naar 6,7m in 2010 (-6%) en steeg daarna naar 7,2m in 2011 (+9%). Naar herkomst lag in 2011 de bijdrage van EU landen op 83% en die van Europese landen buiten de Eu (incl. Turkije) op 9,5% (verder: Azië 4%; VS & Canada 2,4%). Verder kwamen de meeste betalende verblijfstoeristen uit Duitsland (16,2%; +7% t.o.v. 2010), gevolgd door Italië 12% (+135), Slovenië 12% (+8%), Oostenrijk 10% (+9%), Frankrijk (4,7%; +0%), Tsjechië (4%, +6%) en NL (3,5%, +0%). België kwam met 100.000 op 1,4% (+16%). Na 2006 nam dit soort bezoek uit Italië, Frankrijk, Tsjechië en het VK af en dat uit NL, BE en Azië groeide duidelijk. Van 35,4 miljoen betaalde overnachtingen van buitenlanders in 2011 (EU 88%, rest Europa 9%) kwam 24,2% op conto van Duitsers. NL kwam met bijna 2m op 5,7% en België met 466.000 op 1,3%. De tabel hierna geeft voor buitenlands bezoek info over de verdeling van de overnachtingen bij hotels, campings en resorts naar comfortklasse. (bij hotels/ resorts van hoog naar laag 5, 4, 3 of 2 sterren en bij campings 4-1 st. (details: First, trade etc. 2012, 1463 p46/47).

Type onderkomen

Totaal in miljoen

Aandeel comfortklasse in %

hoogst

hoog

laag

laagst

Hotels

13,9

9

37

44

10

Campings

14,3

26

40

24

11

Resorts

2,5

3

16

42

40

In 2012 waren bij toeristen uit het buitenland t.o.v. 2011 quickstop campings (183% meer overnachtingen), zomerhuizen (+61%), suites (+29%), appartementen (+27%) en caravans/ campers (+16%) onderkomens die veel terrein wonnen (No 4.3.2/11 ).

Reisgedrag van Kroaten

Volgens het Kroatische CBS ( First, trade etc. 2012, 1463p63) maakten in 2011 een fractie meer Kroaten reizen met overnachtingen dan in 2010 (1,84 om 1,82 miljoen). Het aantal reizen nam daarbij toe (van 6,44m naar 7,03m; +9,2%). Men maakte flink wat meer korte reizen (minder dan 4 overnachtingen: van 2,94m naar 3,85m; +31%) en minder langere reizen (van 3,51m naar 3,18m; -9%). De bijdrage van zaken & werkreizen steeg daarbij enorm; in aantal van 0,86m naar 1,85m (+115%) en in aandeel van 13,5% naar 26,5%. Dat kwam vooral doordat er meer werkreizen naar het buitenland gingen (van 0,29m naar 0,86m; bijna een verdrievoudiging). Het aantal reizen in eigen land ging 3% omhoog (van 4,87m naar 5,02m) en het aantal overnachtingen met 17,5% van 23,5 naar 27,6m. Naar duur steeg het aantal korte reizen met 23% (van 2,27m naar 2,78m) en het aantal overnachtingen daarbij met 44% (van 3,6m naar 5,2m; van 1,5 naar 1,9 nacht per reis). Men telde minder langere binnenlandse reizen (van 2,60m naar 2,21m, -15%), maar hier groeide het aantal overnachtingen ook (van 19,9m naar 22,4m; +12,5%; van 7,7n naar ruim 10n per reis). Naar motief zakten langere bezoeken aan familie & vrienden (4 of meer nachten) in aantal van 0,59m naar 0,43m (-25%; nachten van 4,3m naar 3,4m; -21%) en in aandeel van 12 naar 8% van alle binnenlandse reizen (nachten van 18 naar 12%; wellicht steeg de bijdrage van korte bezoeken, maar hierover geeft het Kroatische CBS geen uitsluitsel). Er werden meer zaken/ werkreizen in eigen land gemaakt ( in aantal van 0,56m naar 0,99m, +77%; nachten van 2,1m naar 2,7m; +28%; van 3,7 naar 2,7 per reis; in aandeel van 11,7 naar 19,7%, overnachtingen van 9 naar 10%).

Naar organisatie is in eigen land de bijdrage van georganiseerde reizen gering, maar ze steeg wel (bij lange reizen in aantal van 55.000 naar 113.000; een ruime verdubbeling; in aandeel van 1,1 naar 2,2% van alle binnenlandse reizen). In 2012 bemiddelden Kroatische reisbureaus bij 233.000 dagtochtjes en 272.000 reizen met 1,48m overnachtingen in eigen land (No 4.3.4. ). In 2011 kreeg bij Kroaten naar bestemming de kust 78% van de nachten, gevolgd door niet toeristische locaties (7%), kuuroorden 5,4%, Zagreb 5%, overige 3% en de bergen 1,5%. Onder verblijfsaccommodaties hierboven staat info voor 2011 en 2010. Het Kroatische CBS kwam voor 2012 bij accommodaties in eigen land voor Kroaten op 1,47 miljoen toeristen (1,53m in 2011; -4%; 12% van alle toeristen) en 5,2m nachten (5,6m in 2011; -7%; 8,4%, Kroaten bleven dus korter dan buitenlanders; 3,7 om 5,5 nachten in 2011; kust 4,4 om 5,9n; Zagreb 1,7 om 1,6n; No 4.3.2/11 ). De bijdrage van private onderkomens zakte van 0,25m naar 0,23m toeristen (-9%; overnachtingen van 1,74m naar 1,55m; -11%, van 7 naar 6n per toerist) en in aandeel van 16% naar 15,5% (nachten van 31% naar 30%). Publieke betaalde onderkomens kwamen op 1,24m boekingen (was 1,28m, -4%) en 3,67m nachten (was 3,86m, -5%). Daarbij gingen hotels van 2,02m naar 1,91m (-5%, in aandeel blijvend op 52% van de betaalde overnachtingen) en campings van 397.000 naar 382.000 (bleef ruim 10%). In 2012 waren bij Kroaten t.o.v. 2011 m.n. zomerhuizen (133% meer overnachtingen), suites (+51%), quickstop campings (+29%), kamers (+27%) en vaartuigen (+26%) onderkomens die veel terrein wonnen (No 4.3.2/11 ). De tabel hierna geeft voor Kroaten info over de verdeling van de overnachtingen naar comfortklasse in 2011 (bij hotels/ resorts van hoog naar laag 5, 4, 3 of 2 sterren en bij campings 4-1 st. (meer details in: First, trade etc. 2012, 1463 p46/47).

Type onderkomen

Totaal in miljoen

Aandeel comfortklasse in %

hoogst

hoog

laag

laagst

Hotels

2,0

7

32

42

20

Campings

0,40

15

23

45

14

Resorts

0,22

1

4

44

52

In 2011 maakten Kroaten 27% meer reizen met overnachtingen naar het buitenland dan in 2010 (van 1,58m naar 2,01m). Het aantal overnachtingen steeg daarbij met 15% (van 10,9m naar 12,5m; van 6,9 naar 6 per reis).Naar duur steeg het aantal korte reizen met 70% (van 0,67m naar 1,14m) en het aantal overnachtingen daarbij met 50% (van 1,39m naar 2,19m; van 2 naar 1,9 nacht per reis). Het aantal langere buitenlandse reizen ging omhoog van 0,91m naar 0,97m (+7%) en het aantal overnachtingen van 9,51m naar 10,35m (+9%; van 10,5n naar 10,7n per reis). Daarbij maakten relatief weinig Kroaten deze reizen (van 182.000 naar 246.000; gemiddeld van 5 naar 4 reizen pp). Van de langere privéreizen ging naar vervoer 72% over de weg (bus 25%, auto 41%), 26% door de lucht, ruim 1% over water en 4,5% per trein (Statistics). Naar organisatie steeg de bijdrage van lange georganiseerde reizen (in aantal van 111.000 naar 162.000; +47%; in aandeel van 12 naar 17% van de lange buitenlandse reizen). In 2012 bemiddelden Kroatische reisbureaus qua buitenlandreizen bij 47.000 dagtochtjes en 271.000 reizen met 1,14m overnachtingen (No 4.3.4. ).Naar motief verdrievoudigde het aantal werkreizen over de grens van 0,29m naar 0,86m en het aantal overnachtingen daarbij ging nog meer omhoog (van 1,64m naar 5,51m; 3,4 x zoveel; van 5,7 naar 6,4 per reis). Men gaf aan deze reizen in 2011 2,3 x zoveel uit dan in 2010 (inkomsten er uit zijn moeilijk te traceren). Ook hier zakte de bijdrage van langere bezoeken aan familie & vrienden (4 of meer nachten), in aantal van 0,46m naar 0,40m (-15%; nachten van 5,76m naar 4,68m; -19%; van 12,5 naar 11,7 per reis) en in aandeel van 29 naar 20% van alle buitenlandreizen (nachten van 53% naar 37,5% van alle nachten over de grens). Bij reizen naar Bosnië Herzegovina en Servië is het aandeel bezoek aan familie en vrienden relatief groot. In 2011 telde Kroatië 187.000 Servische Kroaten en in Bosnië Herzegovina woonden toen zo’n 500.000 Bosnische Kroaten.

De tabel hierna biedt voor 2011 info over de top10 van bestemmingslanden bij reizen met nachten (aantal reizen en overnachtingen x 1000; +/-: veranderingen t.o.v. 2010 in %).

Bestemmingsland

Reizen

+/-

nachten

+/-

Alle

2.016

+27

12.535

+15

Bosnië   Herzegovina

581

+59

2177

+23

Slovenië

213

+52

651

-4

Duitsland

184

-17

1888

-22

Italië

182

+26

885

+28

Oostenrijk

159

-1

1001

-18

Servië

124

+85

561

+6

Tsjechië

75

+78

333

+30

Spanje

65

+117

558

+205

Frankrijk

59

-5

417

-1

Zwitserland

38

+45

397

+143

De algemene trend was dus meer, maar kortere buitenlandse reizen. Naar duur qua bestemming (aantal overnachtingen) was de volgorde bij de lange reizen (4 of meer nachten; 10,3m overnachtingen) Duitsland (16,6% van de nachten), Bosnië 12,3%; Oostenrijk 7,5%; Italië 6,7%; Spanje 5,3% en het Verenigd Koninkrijk 5%, gevolgd door Frankrijk, Servië, Slovenië en Zwitserland die vlak bij elkaar lagen en ieder goed waren voor iets minder dan 4% van de overnachtingen. Spanje, Italië, het VK en Zwitserland wonnen t.o.v. 2010 veel terrein en Oostenrijk, Duitsland, Slovenië en Servië verloren flink. Bij lange reizen wijst de opvallend lange duur van verblijf in het Verenigd Koninkrijk (gemiddeld 17 dagen) en Duitsland (14 dagen) mogelijk op een groot aandeel werkreizen. Bij korte reizen (minder dan 4 nachten; 2,2 miljoen nachten) kwam het leeuwendeel terecht in landen in de buurt (Bosnië (0,90m, 40%; Slovenië 0,26m, 12%; Italië 0,22m, 10%; Oostenrijk 0,22m 10%; Servië 0,16m 8%). Bij langere reizen kwamen van de 10,3 miljoen overnachtingen naar onderkomen 28,6% op rekening van hotels etc. (verder overig collectief 3,5%, campings 1,6%) en 69% ging naar private onderkomens (verhuur 11%, 2e huis 7,8%; overig privaat 50%, Statistics).