Wetenswaardigheden

Historische context van de etnische verhoudingen

Via http://en.wikipedia.org/wiki/Lithuanian_people is veel te reconstrueren over deze historische context. Anders dan de Letten kennen de Litouwers vanuit hun Baltische achtergrond een roemruchte geschiedenis, hetgeen hun identiteit steviger maakte. Zo slaagden de Baltische stammen uit de regio er in om een significant tegenwicht te bieden toen vanuit Duitsland (Teutoonse ridders) en Rusland pogingen werden ondernomen om ze te kerstenen. De heidense Litouwse groothertogen breidden vanaf 1219 (meer door diplomatie dan door oorlog) hun rijk uit tot aan het Krim schiereiland in de Zwarte Zee en tot vlak bij Moskou. Daarmee werden ze het 2 na grootste rijk van Europa. In deze periode werden Islamitische Tateren en joodse Karaïeten uit Krim en Kaukasus door de groothertogen uitgenodigd om zich in het Litouwen van nu te vestigen. Ze wonen er nog steeds en behielden hun eigen religie en identiteit zonder dat het veel spanningen gaf. Andere joden kwamen al vanaf de 8e eeuw in het gebied wonen. Pas in 1387 werden groothertog Jogaila en zijn ridders vrijwillig rooms toen dit Jogaila een mooie Poolse prinses en het koningschap van Polen opleverde. Dit vormde tevens de opmaat voor het Pools Litouws gemenebest dat bestond tussen 1569 en 1791. Uiteraard leidde dit tot de vestiging van Polen. Het gemenebest kende een economische structuur van landbouw en lijfeigendom. Bij de adel waren Pools en Duits als talen meer in de mode dan Litouws omdat men daar verder mee kwam. Roomsen, joden, orthodoxen, protestanten en moslims woonden vreedzaam samen en religieuze ballingen vestigden zich in het rijk, waaronder oud orthodoxen uit Rusland. Na de verkeerde gok op Napoleon kort na 1800 werd Litouwen onderdeel van het Russische tsarenrijk. Dit werkte de komst van nieuwe Russen in de hand die voor een deel bleven. De afschaffing in 1861 van het lijfeigendom leidde tot de opkomst van een onafhankelijke boerenstand en een proletariaat. Na een 2e opstand tegen de Russen besloot de gouverneur dat er maar gerussificeerd moest worden. De Litouwse taal werd verboden en de identiteit werd onderdrukt. Eén en ander vormde een uitstekende voedingsbodem voor de Litouwse nationalistische beweging.

Litouwers, Letten en Esten moesten zich in hun strijd voor onafhankelijkheid zowel Russen als Duitsers van het lijf houden. Door de revoluties in Duitsland en Rusland en doordat Duitsland de oorlog verloor kon de onafhankelijkheid officieel in november 1918 en effectief een jaar later zijn beslag krijgen. De Polen sleepten er uit dat de regio rond Vilnius Pools werd, maar daarmee verbruiden ze het bij de Litouwers en de eerste republiek kende geen diplomatieke betrekkingen met Polen. Toch vormden Litouwers al in 1897 in Vilnius een kleine minderheid (2%). De grootste groepen daar waren joden (40%), gevolgd door Polen (30%) en Russen (21%) en in 1931 waren de Polen in de meerderheid (61,5%). In 1939 gaven ze Vilnius e.o. terug, maar dat werkte mede doordat de Sovjet bezetting en de 2e wereldoorlog er op volgden bij veel Litouwers als mosterd na de maaltijd (soms tot op de dag van vandaag). Tot 1924 kende de republiek 2 minderheden ministeries, één voor Witrussische en één voor joodse zaken. Conform de regels van de Volkenbond mochten minderheden bij officiële gelegenheden hun eigen taal spreken. Landelijk waren de joden de grootste minderheid (7,5%) gevolgd door Polen (3%), Russen (2,5%) en Duitsers (1,5%). Vanaf 1939 werd Litouwen vermalen in de machtstrijd tussen Nazi Duitsland en de Sovjets. De Litouwers waren tijdens en kort na WOII extreem verdeeld en wisselende loyaliteit en verraad waren alles bepalend. Na de oorlog was het joodse volksdeel (de Litvaks) letterlijk gedecimeerd. Met Nederland overleefde in Litouwen het kleinste aandeel joden de Holocaust binnen de EU van nu. Tienduizenden Litouwers hadden eveneens een voortijdig einde gevonden en vrijwel alle Baltische Duitsers die het overleefden hadden het naoorlogse Duitsland gehaald.

In de Sovjet tijd bleven in Litouwen tot 1965 partizanen actief. Veel Polen gingen aan het begin van de Sovjet tijd onder druk van de Litouwse communistische partij terug naar Polen. Later steeg hun aantal weer wat. In de Sovjet tijd werd in Litouwen het volksdeel uit andere Sovjet republieken (m.n. Rusland) groter, maar de aanwas viel in vergelijking met de 2 andere Baltische staten mee dankzij een flinke inbreng in de Litouwse Sovjet om de Russificatie in toom te houden. In 1989 (laatste jaar Sovjet tijd) bereikte het aandeel Litouwers een minimum (net onder 80%), maar daarna groeide het weer naar 83,9% in 2011. Het segment Russen lag in 1989 op zijn maximum (9,4%) en zakte naar 5,4% in 2011 (175.000 in getal). De Russen wonen redelijk gespreid over het land. Alleen in de noordoostelijke kerncentrale plaats Visaginas (29.000) zijn ze in de meerderheid (verder: Klaipėda 28%, ruim 50.000; Vilnius 13%, 70.000). Ook het Poolse volksdeel werd na 1989 kleiner en ging van 8,5% in 1959 naar 6,6%. De Polen zijn geconcentreerd in het zuidoosten (212.000, Vilnius rond 100.000). Witrussen vormen met 1,3% (41.000; Vilnius 22.500) de 3e minderheid en Oekraïners met 0,6% (21.000) de 4e. Andere minderheden (Joden, Duitsers, Tataren en Roma zigeuners) komen elk rond 0,1%. Het Litouwse staatsburgerschap kon men voor 2006 krijgen met één overgrootouder van Litouwse nationaliteit. Toen werd dit beperkt tot één generatie en Litouwers verliezen veelal hun nationaliteit als ze een andere aannemen.

Litouwen en buitenlanden

Het hertogdom Koerland en Semgallen (nu in Letland), dat onder het Pools Litouwse rijk viel, kende in de 17e eeuw het West Afrikaanse Gambia en de Caribische eilanden Trinidad en Tobago als wingewesten.

In 1867/68 was er een eerste emigratiegolf vanuit Litouwen naar Amerika vanwege een hongersnood. Daarna volgden pieken van vlak voor WOI tot aan 1924, tijdens de Sovjet bezetting kort na WOII en rond 1990 (begin 2e onafhankelijkheid) en 2005.

Na 1924 konden Litouwers de VS niet meer in vanwege xenofobe wetgeving rond Oost Europeanen met een emigratiepiek naar Latijns Amerika (vooral Brazilië) als gevolg.

Zuid Afrikanen van Litouwse afkomst stammen vooral af van Litouwse joden die er tussen eind 19e eeuw en de eerste onafhankelijkheid heen trokken.

M.n. na de EU toetreding in 2004 gingen veel Litouwers naar Ierland en het VK om er te werken. Velen beleven er hangen.

Rond 2010 leefden buiten de EU de meeste Litouwers in de VS (712.000), gevolgd door Brazilië (±200.000), Zuid Afrika (60.000) en Rusland en Canada (beide rond 45.000)

Onder de beroemdheden met Litouwse wortels op het Amerikaanse continent vallen de popartiesten Bob Dylan en Leonard Cohen, filmster Charles Bronston en Antanas Mockus, burgemeester van de Columbiaanse hoofdstad Bogotá.

Mockus maakte zich erg populair met originele oplossingen die ook zoden aan de dijk zetten. Zo liet hij in Bogota de verkeersagenten vervangen door 420 clowneske mimespelers, hetgeen resulteerde in een opmerkelijke daling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers. Hij bracht het bijna tot president van Columbia.

Het VK claimde toen wel 200.000 en Ierland rond 120.000 Litouwers te herbergen. Het Duitse CBS kwam voor 2008 op ruim 20.000 (wikipedia).

Eurostat had geen gegevens voor het VK en Duitsland. Men kwam per 1/1-2011 qua aantal in Litouwen geborenen op Ierland als topper (31.600, 8% minder dan in 09).

Daarna volgden Letland 22.000, Spanje 20.000 en Polen 12.000. Voor België kwam men op bijna 1000 en voor NL op ruim 2000 in LT geborenen.

Per 1-1-2011 telde het CBS ruim 3200 Litouwers, incl. 522 in NL uit Litouwse ouders  geboren kinderen (veelal 1 ouder uit LT). Vrouwen waren flink in de meerderheid en er was bijna een verdubbeling t.o.v. 2008.

Op en via http://Litouwen.startpagina.nl/ is o.m. info te vinden rond het thema Litouwers en Nederlanders.

Demografie, de Litouwers zelf

Volgens http://en.wikipedia.org/wiki/Lithuanian_people zijn Litouwers genetisch het meest verwant aan Letten, Esten en Finnen (Fins-Oegrisch). Wereldwijd zijn er zo’n 4 miljoen van, waarvan 2,7 m in Litouwen zelf.

Meer recentelijk bereikte de bevolking van LT in 1989 een piek van 3,6 miljoen. Daarna zakte ze naar ruim 3 miljoen in 2011; steeds meer door emigratie.

In 2010 woonde 42% (EU15 52%, NLS 38%, NL 63%; BE 54% in 09) in een gebied met meer dan 500 en 58% in een regio met minder dan 100 inwoners per km² (NL 2,2%, BE 4,3%, EU15 18%, NLS 49%; Eurostat: living conditions, housing conditions).

In 2011 telde LT 5 plaatsen met meer dan 100.000 inwoners, te weten Vilnius 552.000, Kaunas 321.000, Klaipėda 161.000, Šiauliai 121.000 en Panevėžys 114.500.

Van deze plaatsen heeft Vilnius een stedenband met Brussel en Panevėžys met het Zeeuwse Goes.

Etnisch kent Vilnius het grootste aandeel etnische Polen (19% in 2001, Russen toen 14%) en in Klaipėda was het aandeel Russen het grootst (28% in 2003).

Volgens het Litouwse CBS was in 2011 de voornamen top5 bij mannen Jonas, Vytautas, Antanas, Tomas en Mindaugas en bij vrouwen Irena, Ona, Janina, Kristina en Lina.

Bij baby’s waren andere namen populair, in 2010 Matas, Nojus en Lukas bij jongetjes en Emilija, Gabia en Ugnė bij meisjes.

De top5 van achternamen was Kazlauskas, Jankauskas, Petrauskas, Stankevičius en Vasiliauskas voor mannen.

Mannelijke achternamen eindigen veelal op -as, -yn, of -is en hun vrouwelijke vorm op -ienė of -uvienė bij getrouwde vrouwen (bijv. Stankevičienė) en -aitė, -utė, -iūtė or -ytė bij ongetrouwde vrouwen.

Politiek krijgen rechts liberale en behoudende christelijke partijen veel aanhang. Velen staan vanuit het Sovjet verleden argwanend t/o het idee van “vadertje staat”.

Litouwers zijn vergeleken met Scandinaviërs wat meer collectivistisch (bijv. sterkere familiebanden) en argwanender over wat anders is dan ze zijn gewend.

De cultuurdimensies van Hofstede

Op http://www.geert-hofstede.com/hofstede_dimensions.php zijn uitslagen te vinden van het onderzoek van de Nederlandse cultuursocioloog Geert Hofstede met een toelichting over de dimensies die hij hanteert om cultuurverschillen tussen volken in kaart te brengen. Uitslagen voor Litouwen staan daar nog niet bij. Uiteindelijk is het onderzoek gedaan in ruim 80 landen op de 4 cultuurdimensies onzekerheidsvermijding, machtsafstand, individualisme – collectivisme en masculien – feminien. Daarbij moet een score op één dimensie worden gezien binnen de context van het landspatroon op alle 4 dimensies. Hofstede zelf legde de basis veelal tussen 1970 en 1990 bij werknemers van multinationals; van leidinggevend tot werkvloer. Daarna vond de research plaats in meer landen. Ook in LT was dit verkennend onderzoek onder steekproeven van studenten en die zijn minder representatief voor de hele bevolking. Ze zijn nog jong en verkeren in het relatief vrijdenkende en weinig autoritaire hoger onderwijs milieu en dat alles beïnvloed hun scores. Zo schetsen sites met tips rond zakelijke etiquette bijv. vaak een aanzienlijk formeler en conventioneler beeld van landen waar het onderzoek naar de dimensies van Hofstede alleen bij studenten plaats vond. Om toch een indruk te krijgen kunnen de cultuurdimensies van Hofstede ook worden gekoppeld aan bronnen die inzicht bieden rond maatschappelijke en arbeidsverhoudingen, verschil in inkomen, consumptiepatronen etc. en de opinies daaromtrent. Deze zijn op deze website bijv. te vinden onder economie, onderwijs, bevolking, religie, gezondheidszorg en keuken.

Op http://www.v4ce.net/members/huettinger/research.html biedt “National cultural values in the Baltic states” een uitstekende presentatie van onderzoek bij studenten en pas afgestudeerden naar de Hofstede dimensies.

De Litouwse omgangscultuur kan worden gezien als resultaat van Fins-Oegrische genen in een rooms milieu.

De onzekerheidsvermijding (OZV, angst voor onbekende risico’s) is in Litouwen (LT) wellicht hoger dan in NL en hoger of gelijk aan België (BE).

Bij een hoge OZV is de regelzucht doorgaans groter dan bij een lage en men benadert onvoorspelbaarheid en onbekendheid minder laconiek.

In 2007 was het segment liefhebbers van de buitenlandse keuken in LT met 18% wel erg klein naar EU maatstaf (EU 45%, EB 278, wave 67, QA 10).

Ook bestaat minder ruimte voor fantasie, verrassing en improvisatie. Men verhuist moeilijker en gaat moeilijker heel ander werk doen. Men is eerder ongerust en maakt zich snel druk om dingen (dan valt veel koffie bijv. niet goed).

Hoge angst voor onbekende risico’s gaat samen met lage koffie en hoge alcohol consumptie. Qua koffie consumptie stond LT in 2008 met 4.1 kg pp p/j 17e binnen de EU27 en qua alcoholconsumptie met 12liter pp p/j 9e in 2011.

Ook op de ESI(Economic sentiment indicator) van Eurostat; die vertrouwen in economie en van consumenten meet, toont LT een relatief heftige gevoeligheid.

In overleg en besluitvorming kiest men in NL wat makkelijker voor wat handig is (compromis, gedogen) en in BE en LT wat meer voor beginselvastheid. Men mag in NL  meer van mening veranderen dan in BE en LT.

In LT krijgt OZV waarde netheid/ pietluttigheid meer steun dan in NL en BE, maar  werklust minder. Werkstress wordt er wel meer ervaren dan in NL.

Personeel is in LT net als in BE vaak gericht op duidelijke richtlijnen en partijen moeten nog wennen aan eigen initiatief en verantwoordelijkheid van werknemers.

Op waardering van immigranten en aandeel kosmopolieten scoren Litouwers matig. Het volksdeel dat etnisch raciale of religieuze spanningen ervaart was in 2009 en 2007 in LT wel veel kleiner dan in NL en BE.

De aanhang voor tolerantie en openheid als waarde is in LT vergeleken met NL en BE klein, maar die voor culturele diversiteit groot (Eurobarometer 278, wave 67, QA 16).

Het vertrouwen in de (onbekende) medemens was in 2009 in LT kleiner dan in BE en flink kleiner dan in NL en Scandinavië.

Jonge hooggeschoolden uit LT delen met Scandinavië, NL en Angelsaksische landen een kleine machtsafstand (MA). In BE en onder de rest van de Litouwers is de MA groter.

In landen met een erg kleine MA moeten machthebbers hun best doen om minder machtig te lijken dan ze zijn en bij een grote MA geldt het omgekeerde.

Een eurocent kan bij een kleine MA relatief gemakkelijk een eurodubbeltje worden, maar bij een erg grote MA lukt dat bijna niet.

Mensen van uiteenlopende machtsniveaus voelen zich bij een kleine MA niet bedreigd en zijn bereid anderen te vertrouwen. Men gaat om met mensen uit verschillende lagen.

Bij een erg kleine MA hebben levensstijlen en statussymbolen van maatschappelijke lagen (en daarmee mogelijk ook vooroordelen en wantrouwen) weinig invloed.

Bij een grote machtsafstand horen respect voor geërfde en eretitels, rang en positie en voor ouderen. Men moet in NL meer dan in LT en BE gezag verdienen, bijv. via opstelling of prestaties.

Omgangsvormen, posities, rangen, taken en verantwoordelijkheden zijn in BE en in mindere mate in LT meer afgebakend en men delegeert moeilijker dan in NL.

In de Sovjet tijd was de MA in Litouwen groter en m.n. onder etnische Russen is dat nog te merken.

M.n. oudere leidinggevenden in LT vinden titels en hiërarchie vaak belangrijk. Respect voor ouderen is er meer verbreid dan onder autochtone Nederlanders.

Bij bedrijven en overheden noemt men elkaar in LT minder snel bij de voornaam dan in NL of Angelsaksische landen. Ook de relatie leerling leraar is in BE en LT formeler en hiërarchischer dan in NL.

Relatief weinigen in LT vonden in 2010 dat ze genoeg werden betrokken bij verandering in de organisatie van werk of invloed hadden op beslissingen (5th EWCS Eurofound).

Waarom leidinggevenden iets beslissen blijft In BE en LT meer geheim dan in NL. Ze staan op hun strepen en hoeven zich minder te verantwoorden naar “personeel”.

Het volksdeel met werkgever werknemer spanningen was in 2009 in LT groter dan in NL en BE (EB 321, wave 72.1).

In 2005 waren in NL en BE onafhankelijkheid en gehoorzaamheid populairder dan in LT om kinderen bij te brengen (EB 225, wave 63.1).

Op de dimensie masculinum feminien (MF) nemen BE en LT een middenpositie in. Nederlanders, Scandinaviërs en jonge gestudeerde Litouwers scoren feminien.

Via http://www.weforum.org/reports is te zien dat in 2011 LT op de Global gender gap index, die de mate van gelijke berechting van vrouwen wereldwijd meet, op plek 14 van de EU stond. NL stond op 6 en BE op 5. T.o.v. 2009 was BE sterk gestegen.

In feminiene landen staan vrouwelijke waarden als dialoog, tact, compromis, vertrouwen in de ander en steun voor wat zwak is hoog aangeschreven.

In masculiene landen als VS, VK en Ierland hebben mannelijke waarden als uitdagen, polarisatie, debat en competitie (incl. inkomensverschillen) prioriteit en moet het zwakke (incl. het zwakke geslacht) assertief en sterker worden.

Anderzijds zijn in masculiene landen mannen echte mannen en vrouwen echte vrouwen (MV polariteit). In feminiene landen ziet men vaker uniseks kleding e.d.

De Litouwse inkomensverschillen zijn groter dan die van NL en BE, maar het manvrouw verschil voor gelijk werk is recentelijk flink bijgetrokken.

Buiten de politiek (presidente Dalia Grybauskaitė even daargelaten) hebben in LT naar EU maatstaf veel vrouwen hoge en leidinggevende functies.

In LT is de manvrouw polariteit in beroepen sterker aanwezig dan in NL, maar het aandeel vrouwelijke technici valt er onder de wereldtop.

Het volksdeel met armrijk spanningen was in 2009 in LT groter dan in BE en flink groter dan in NL.

In LT en BE is de groep die begaan is met het lot van zwakkeren in de samenleving als gehandicapten en bejaarden kleiner dan in NL en Scandinavië (EB 273).

De aanhang voor de feminiene waarde sociale gelijkheid en solidariteit was in 2007 in BE iets boven gemiddeld, in LT gemiddeld en in NL wat onder gemiddeld. Het masculiene ondernemerschap kreeg een doorsnee aanhang in alle 3 de landen (EB 278, QA 16).

In feminiene culturen wordt homoseksualiteit meer geaccepteerd dan in masculiene en in voormalige Oostbloklanden minder dan in andere EU landen. Litouwen scoort hiermee lager dan NL en BE. Dat ligt m.n. aan de Litouwse mannen.

NL, Angelsaksische landen, Scandinavië en Vlaanderen delen een sterk individualisme (IDV). Welvaart, verstedelijking en protestantisme scheppen daar ruimte voor.

Litouwers kunnen betiteld worden als gematigd individualistisch. Het platteland van LT neigt naar collectivistisch (buren en familiehulp, gastvrij, roddel).

Naarmate IDV hoger wordt, worden de banden tussen individuen losser. Sterk individualisme op zich bewerkstelligt een verzameling losse eenzaten.

In IDV landen staan zorg voor jezelf en je eventuele gezin voorop. Familiebanden zijn er niet erg hecht en eigen levensstijl, vrijheid van meningsuiting, zelfstandig denken en scheiding werk privé staan er hoog in het vaandel.

In onderwijs en werk wordt nadruk gelegd op het aansluiten bij individuele behoeften en mogelijkheden.

Hiermee valt het verschil op met de armere landen waar in deze rijke landen de grootste immigranten groepen vandaan komen.

In arme landen heeft een collectivistisch waardepatroon met nadruk op familiebanden, hulp, gastvrijheid, loyaliteit en conformisme juist meer overlevingswaarde.

Individualistische landen kennen een schuld en excuus cultuur en collectivistische landen  een schaamte en ontkenningscultuur uit angst voor gezichtsverlies.

Direct oogcontact bij kennismaken en groeten wordt in IDV landen met een kleine machtsafstand sterk ervaren als teken van eerlijkheid, betrouwbaarheid en serieusheid.

Veel collectivistische landen kennen een grote MA en een hoge OZV. Daar geldt vaak het omgekeerde (nederigheid en ogen neerslaan voor een hoger geplaatste).

In LT zijn de familiebanden relatief sterk en mantelzorg staat hoog in het vaandel. Litouwers zijn om de verhouding goed te houden eerder terughoudend dan bot.

In LT komt schaamte voor psychische noden meer voor dan NL. Velen willen een vriend of familielid er liever niet mee lastig vallen zodat ze als de bom uiteindelijk barst bij een beroepkracht terecht komen.

Werk en privé worden in LT niet zo sterk gescheiden. Voor zaken doen is het opbouwen van en vriendschap en vertrouwensband voorwaarde. Deze wordt getest.

Vrijheid van meningsuiting wordt minder vaak onderschreven dan in NL en BE (EB 278, QA 16). Wel ziet men oogcontact weer als eerlijk en niet als brutaal.

Voor bezoekers

Op en via http://Litouwen.startpagina.nl/ is info te vinden rond LT, bijv. m.b.t. vakantie, verblijf, LT en NL en evenementen.

Op http://wikitravel.org/en/Lithuania zijn de reistips en praktische info toegespitst op jongeren/ studenten. Ook http://www.way2lithuania.com/ is een waardevolle bron.